hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Verantwoordelijkheid (Ben ik persoonlijk verantwoordelijk voor mijn daden?)

Categorie
Karaktereigenschappen (positief)
OP ZOEK NAAR GOD

Toelichting

Persoonlijke verantwoordelijkheid

 

Zelfbeproeving in het licht van Ezechiël 18

De jonge priester Ezechiël, die was gedeporteerd naar Babel, riep daar zijn volksgenoten indringend opriep tot bezinning en tot bekering. Hij had een kritisch en confronterend verhaal, om de mensen in de weg van bekering weer tot het leven te brengen. Wij leven in andere omstandigheden dan Israël toen. Maar wanneer je je wilt bezinnen op je houding tegenover God, is het Godswoord van Ezechiël wel een duidelijke aanspraak. ‘De dood van een mens geeft me geen vreugde, spreekt de Heer. Kom tot inkeer en leef!’ Leef! Een bevel en een belofte. God zelf spreekt je aan. Maar hoe doe je dat?

 

Ieder staat zelf voor Gods aangezicht

Ieder mens is persoonlijk verantwoordelijk voor zijn leven. Je bent zelf aansprakelijk voor wat je doet. Wij worden, ieder voor zich, door de Here aangesproken op wat we doen of laten, op wat we zeggen of denken. En Hij toetst dat aan het recht dat hij op ons en ons leven heeft. Het is onze schuld niet, dat wij in deze ellende terecht zijn gekomen. Dat heeft de vorige generatie op z’n geweten.

 

Ezechiël vecht tegen slachtoffer-cultuur     

Zij hebben gezondigd, en daarom zitten wij nu in ballingschap. Wij kunnen er toch niets aan doen? Eigenlijk is het onrechtvaardig van God, dat wij moeten boeten voor de fouten van onze vaders. Zo is de sfeer bij de joden in Babel, waar Ezechiël is. Ze gebruiken daarvoor het bittere spreekwoord, een klacht over Gods beleid: De ouders eten onrijpe druiven en de kinderen krijgen stroeve tanden. Ze stellen zich op als slachtoffer.

 

Zo’n reactie is niet uniek. Mensen verschuilen zich als het gaat over zonden, fouten en schuld. En je kunt vast altijd wel iets vinden om de schuld neer te leggen. De omstandigheden, het systeem, mag een mens ook een foutje maken? Je opvoeding, je cultuur, de economische ontwikkeling. Mensen verschuilen zich en maken van een ander de zondebok. Het afschuifsysteem, dat Adam en zijn vrouw al gebruikten.

 

‘Laat ik het nooit meer horen!’ Dat is wat God door Ezechiël zegt over dit slachtoffer-gedrag. ‘Laat ik het nooit meer horen. Want Ik bekijk wat jij doet en geef daar een oordeel over. ‘Alle mensenlevens behoren mij toe, zegt God. Als jij je verschuilt achter een ander, dan ontloopt je je eigen verantwoordelijkheid. Maar daarmee leg je ook blokkade op je weg naar het ware leven. Je kijkt een andere kant op, als God jou aankijkt. Maar de ogen van de Heer zijn vol liefde en genade! Je stopt je oren dicht voor Gods woord. Dan ontgaat je ook de opdracht tot leven. Ezechiël dringt de mensen opnieuw voor God en helpt hen om hun verantwoordelijkheid te nemen. Hij ontmaskert de smoesjes en stelt zijn volksgenoten weer recht voor de Here. Alleen in je persoonlijke aansprakelijkheid zit de mogelijkheid van het leven!

 

Een confronterend woord

Dit is een confronterend verhaal van Ezechiël. Niet alleen voor de joden van die dagen, maar ook voor ons. De boodschap dat de Here ons persoonlijk zal oordelen, ieder op ons eigen doen en laten. En dat wij ons niet verschuilen kunnen, niet achter de fouten van een ander, en niet achter de goede dingen van een ander. We staan zelf voor Gods aangezicht. Nu, en volgende week, tot op de jongste dag.

 

Waarom voelt dit onveilig? Omdat je je kwetsbaar weet onder de blote hemel. Verantwoordelijk zijn, betekent vrijheid hebben om te kiezen en te beslissen. Het betekent ook aansprakelijk zijn voor je daden en de gevolgen daarvan. Daarmee ligt er nogal wat op je schouders. Je kunt je niet verschuilen achter wat men vindt, wat traditie is, wat je werk nu eenmaal van je vraagt, wat een ander gedaan heeft, wat de ontwikkelingen in ons land voor gevolgen hebben, wat de bijzondere omstandigheden zijn. Ook als het gaat om geloof en christen-zijn (of niet): Zo ben ik nu eenmaal, zo ben ik toch opgevoed?

 

Maar dat klopt toch ook wel? Niemand heeft toch een volmaakte vrijheid om keuzen te maken? Veel dingen in je ontwikkeling zijn toch genetisch bepaald? Je hebt toch te maken met de erfenis die je van je ouders en van je traditie meekrijgt? Je kunt toch niet om de beperkingen van je omgeving heen? Je moet toch rekening houden met anderen? Hoe verantwoordelijk ben ik eigenlijk voor mijn leven? Ik heb er toch niet zelf voor gekozen? Hoe vrij ben ik eigenlijk om mijn eigen leven te leven? Ben ik wel altijd werkelijk aansprakelijk?

 

Inderdaad je bent in veel opzichten niet vrij. Veel situaties ontstaan ongewild en ongevraagd. Dat de joden daar in Babel, zaten daar als gevolg van het gedrag van de generaties voor hen. Wat je ouders hebben gedaan, werkt door. Zoals jouw keuzen gevolgen hebben voor jouw kinderen. En toch zegt de Here heel duidelijk: Jij blijft verantwoordelijk voor je leven en je geloof. Waarin je ook verzeild bent geraakt, wat anderen ook hebben gedaan: jij wordt geroepen, om mij te dienen en te leven. Je bent aansprakelijk voor wat je doet en laat, voor wat je zegt en zwijgt. Die verantwoordelijkheid heb ik je gegeven. En je hebt de vrijheid om dat met Mij of zonder Mij te doen. Prachtig hoe Ezechiel die persoonlijke verantwoordelijkheid uitwerkt in de generaties: de vader, de zoon en de kleinzoon.

 

De Here roept terug uit liefde

Ezechiël brengt zijn boodschap kritisch: Beste mensen: verschuil je niet achter je ouders, maar laat je zelf aanspreken door God. Wie die verantwoordelijkheid aanvaardt, die staat open voor een oplossing. Want Gods stelt de mensen aansprakelijk uit zijn liefde. Hij roept zijn mensen terug van de weg die naar de dood leidt. Maar die boodschap komt alleen over, als je je laat aanspreken. Als jij denkt dat vooral een ander zich bekeren moet of dat jij geen schuld hebt, dan zit je niet op de golflengte om zijn genade te horen. En gaat Zijn liefde aan je voorbij.

‘Moet het nu altijd over onze zonden gaan? God is toch liefde?’ Precies: God is liefde en in die liefde zoekt Hij jou. Die liefde wordt niet als een soort sprei over alle kreukels van je leven heen gelegd, zodat niemand er meer iets van ziet, inclusief jezelf. Nee, in zijn liefde brengt Hij alles aan het licht, om het probleem in het hart te treffen en de zonde met wortel en tak uit te roeien. Schuld die ontkent wordt, gaat etteren, omdat er niets aan gedaan wordt. En zonde die niet beleden wordt, gaat rotten, omdat het niet weggehaald wordt. Er is verandering mogelijk: bekering, verzoening. Je leven staat niet stil.

 

Echte bekering in Christus

Ieder mens staat persoonlijk voor God. Maar je staat er niet alleen. Je Heer Jezus Christus staat naast je. En gaat voor je staan. Kom tot inkeer en leef, klinkt het woord van God. Een van de basiswoorden in de verkondiging. Een oproep in prediking en sacramenten. Ieder moet het horen. Ook Gods kinderen elke keer weer. Kom tot inkeer en leef!  Dat betekent: schuil bij de Here Jezus Christus. In het bevel tot leven ligt de belofte van het leven.

Kom tot inkeer, en leef! Hoe vaak hebben profeten hebben deze woorden niet gesproken tot Israël, dat toch steeds eigen wegen ging en Gods wegen vergat. Denk nog even aan Ezechiël als wachter, met de trompet in de hand. Om te waarschuwen. En zo de dood te voorkomen.

Kom tot inkeer en leef!. Dat zei de Here Jezus zelf ook steeds. En Hij riep de mensen op om naar God te luisteren en Hem als Christus te erkennen. Het is blijven klinken in de prediking. Om mensen op te roepen schuld te erkennen, zonden te ontvluchten, slechte verlangens los te laten en met alle zondig gedrag te breken. En zich tot Christus te wenden en zich met de Geest te laten vervullen. Het bevel tot leven is ook een belofte.

 

Ben je persoonlijk verantwoordelijkheid? Ja, maar met een duidelijke bedoeling. Je hebt de opdracht je tot Christus te bekeren. Ezechiël noemde daarbij die dubbele uitwerking: Keer onrecht de rug toe, breek met de verkeerde dingen in je leven en begin een nieuw leven: vernieuw je hart en geest. Paulus mag daar nog meer diepgang aangeven: zoek de genade van God. Richt je op de Here Jezus Christus. Met Hem hebben bekering en leven alles te maken. Want Hij heeft zich gegeven om ons te bevrijden van onze fouten en tekorten. En Hij heeft zich gegeven om ons te heiligen en te vernieuwen. Er is vergeving. Er is nieuwe gehoorzaamheid. De Here heeft het voor je klaarliggen. Hij roept je ertoe op. Daar ligt onze verantwoordelijkheid. Kom tot inkeer en leef! Daarbij gaat het om heel praktische zaken. Paulus wijst op onze stijl van leven: rechtvaardig, gelovig en gericht op goede werken. Ezechiël schetst een persoon die Gods wetten houdt, de omgang met de Here kent en in liefde voor zijn naaste het beste zoekt. Je kunt het leren: Iemand die een vrouw niet onteert, niemand uitbuit, brood deelt met wie honger heeft, kleren geeft aan wie naakt is, een eerlijk oordeel geeft bij onderlinge geschillen. Kom tot inkeer en leef!

 

Bron : http://www.gkvcapelle.nl/index.php/preken/item/300-ezechi%C3%ABl-18

Bijbelteksten
Ezechiel  18

1 Het woord van de HEERE kwam tot mij: 2 Wat is er met u dat u dit spreekwoord gebruikt over het land van Israël: De vaders eten onrijpe druiven, en de tanden van de kinderen worden stomp? 3 Zo waar Ik leef, spreekt de Heere HEERE, als u dit spreekwoord in Israël nog durft te gebruiken!  4 Zie, alle mensenlevens behoren Mij toe. Zowel het leven van de vader als het leven van de zoon, die behoren Mij toe. De mens die zondigt, die zal sterven. 5 Wanneer nu iemand een rechtvaardige is en recht en gerechtigheid doet:

-hij eet geen offermaaltijden op de bergen,

-slaat zijn ogen niet op naar de stinkgoden van het huis van Israël,

-onteert de vrouw van zijn naaste niet,

-heeft geen gemeenschap met een afgezonderde vrouw,

-buit niemand uit,

-geeft aan de schuldenaar zijn onderpand terug,

-maakt geen roofgoed buit,

-geeft de hongerige zijn brood,

-bedekt de naakte met kleding,

-leent niet uit tegen rente en neemt geen winst,

-keert zijn hand af van onrecht,

-geeft een betrouwbaar oordeel bij geschillen tussen de een en de ander,

-gaat in Mijn verordeningen en neemt Mijn bepalingen in acht door betrouwbaar te handelen 

die rechtvaardige zal zeker in leven blijven, spreekt de Heere HEERE.

 

10 Maar heeft hij nu een gewelddadige zoon voortgebracht, een bloedvergieter, die helaas maar één van die dingen doet 11 – terwijl de vader dat allemaal niet doet – ja, zelfs op de bergen offermaaltijden eet en de vrouw van zijn naaste onteert, 12 de arme en de behoeftige uitbuit, roofgoed buitmaakt, een onderpand niet teruggeeft, en zijn ogen opslaat naar de stinkgoden en een gruweldaad doet, 13 uitleent tegen rente en winst neemt – zou die dan in leven mogen blijven? Hij mag niet in leven blijven: al die gruweldaden heeft hij namelijk gedaan. Hij moet zeker gedood worden. Zijn bloed rust op hem! 14 En zie, heeft hij een zoon voortgebracht die al de zonden van zijn vader die hij doet, ziet; hij ziet ze, maar doet zelf die dingen niet – 15 hij eet geen offermaaltijden op de bergen, slaat zijn ogen niet op naar de stinkgoden van het huis van Israël, onteert de vrouw van zijn naaste niet, 16 buit niemand uit, houdt een onderpand niet in pand, maakt geen roofgoed buit, geeft zijn brood aan de hongerige en bedekt de naakte met kleding, 17 blijft met zijn handen van de arme af, neemt geen rente en winst, voert Mijn bepalingen uit en gaat in Mijn verordeningen – die zal niet sterven vanwege de ongerechtigheid van zijn vader. Hij zal zeker in leven blijven. 18 Zijn vader – omdat hij zich aan afpersing schuldig gemaakt heeft, roofgoed van zijn broeder buitgemaakt heeft en te midden van zijn volksgenoten gedaan heeft wat niet goed was – zie, hij zal sterven vanwege zijn ongerechtigheid.

 

19 Maar u zegt: Waarom draagt de zoon de ongerechtigheid van zijn vader niet? Wel, de zoon heeft recht en gerechtigheid gedaan: al Mijn verordeningen heeft hij in acht genomen en hij heeft ze gehouden. Hij zal zeker in leven blijven. 20 De mens die zondigt, díe zal sterven. De zoon zal de ongerechtigheid van de vader niet dragen, en de vader zal de ongerechtigheid van de zoon niet dragen. De gerechtigheid van de rechtvaardige zal op hemzelf zijn, en de goddeloosheid van de goddeloze zal op hemzelf zijn. 21 Maar wanneer de goddeloze zich bekeert van al zijn zonden die hij gedaan heeft, al Mijn verordeningen in acht neemt en recht en gerechtigheid doet, zal hij zeker in leven blijven, hij zal niet sterven. 22 Al zijn overtredingen, die hij begaan heeft, ze zullen hem niet in herinnering gebracht worden. Vanwege zijn gerechtigheid, die hij gedaan heeft, zal hij leven.

 

23 Zou Ik werkelijk behagen scheppen in de dood van de goddeloze? spreekt de Heere HEERE. Is het niet, wanneer hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij zal leven? 24 Maar als de rechtvaardige zich afkeert van zijn gerechtigheid en onrecht doet, overeenkomstig al de gruweldaden die de goddeloze gedaan heeft en doet, zal hij in leven blijven? Al zijn gerechtigheden, die hij gedaan heeft, ze zullen niet in herinnering gebracht worden. Vanwege zijn trouwbreuk, die hij gepleegd heeft en vanwege zijn zonde, die hij begaan heeft, alleen dáárom zal hij sterven. 25 Verder zegt u: De weg van de Heere is niet recht. Luister toch, huis van Israël! Mijn weg is niet recht? Zijn niet veeleer uw wegen onrecht?

 

26 Als de rechtvaardige zich afkeert van zijn gerechtigheid en onrecht doet en daarom sterft, dan sterft hij vanwege zijn onrecht, dat hij gedaan heeft. 27 Maar als een goddeloze zich bekeert van zijn goddeloosheid, die hij gedaan heeft, en recht en gerechtigheid doet, zal hij zijn ziel in het leven behouden. 28 Hij kwam tot inzicht en bekeerde zich van al zijn overtredingen, die hij gedaan had. Hij zal zeker in leven blijven, hij zal niet sterven. 29 Het huis van Israël zegt desondanks: De weg van de Heere is niet recht. Huis van Israël, zijn Mijn wegen niet recht? Zijn niet veeleer uw wegen onrecht? 30 Daarom zal Ik u berechten, huis van Israël, ieder overeenkomstig zijn wegen, spreekt de Heere HEERE. Keer terug en bekeer u van al uw overtredingen, dan zal de ongerechtigheid u geen struikelblok worden. 31 Werp al uw overtredingen, waarmee u overtreden hebt, van u af en maak u een nieuw hart en een nieuwe geest. Waarom zou u sterven, huis van Israël? 32 Ik schep immers geen behagen in de dood van een stervende, spreekt de Heere HEERE, dus bekeer u en leef! (HSV-vertaling)

 

Zelfbeproeving in het licht van Ezechiël 18

De jonge priester Ezechiël, die was gedeporteerd naar Babel, riep daar zijn volksgenoten indringend opriep tot bezinning en tot bekering. Hij had een kritisch en confronterend verhaal, om de mensen in de weg van bekering weer tot het leven te brengen. Wij leven in andere omstandigheden dan Israël toen. Maar wanneer je je wilt bezinnen op je houding tegenover God, is het Godswoord van Ezechiël wel een duidelijke aanspraak. ‘De dood van een mens geeft me geen vreugde, spreekt de Heer. Kom tot inkeer en leef!’ Leef! Een bevel en een belofte.

 

Ieder staat zelf voor Gods aangezicht

Ieder mens is persoonlijk verantwoordelijk voor zijn leven. Je bent zelf aansprakelijk voor wat je doet. Wij worden, ieder voor zich, door de Here aangesproken op wat we doen of laten, op wat we zeggen of denken. En Hij toetst dat aan het recht dat hij op ons en ons leven heeft. Het is onze schuld niet, dat wij in deze ellende terecht zijn gekomen. Dat heeft de vorige generatie op z’n geweten.

 

Ezechiël vecht tegen slachtoffer-cultuur     

Zij hebben gezondigd, en daarom zitten wij nu in ballingschap. Wij kunnen er toch niets aan doen? Eigenlijk is het onrechtvaardig van God, dat wij moeten boeten voor de fouten van onze vaders. Zo is de sfeer bij de joden in Babel, waar Ezechiël is. Ze gebruiken daarvoor het bittere spreekwoord, een klacht over Gods beleid: De ouders eten onrijpe druiven en de kinderen krijgen stroeve tanden. Ze stellen zich op als slachtoffer.

 

Zo’n reactie is niet uniek. Mensen verschuilen zich als het gaat over zonden, fouten en schuld. En je kunt vast altijd wel iets vinden om de schuld neer te leggen. De omstandigheden, het systeem, mag een mens ook een foutje maken? Je opvoeding, je cultuur, de economische ontwikkeling. Mensen verschuilen zich en maken van een ander de zondebok. Het afschuifsysteem, dat Adam en zijn vrouw al gebruikten.

 

‘Laat ik het nooit meer horen!’ Dat is wat God door Ezechiël zegt over dit slachtoffer-gedrag. ‘Laat ik het nooit meer horen. Want Ik bekijk wat jij doet en geef daar een oordeel over. ‘Alle mensenlevens behoren mij toe, zegt God. Als jij je verschuilt achter een ander, dan ontloopt je je eigen verantwoordelijkheid. Maar daarmee leg je ook blokkade op je weg naar het ware leven. Je kijkt een andere kant op, als God jou aankijkt. Maar de ogen van de Heer zijn vol liefde en genade! Je stopt je oren dicht voor Gods woord. Dan ontgaat je ook de opdracht tot leven. Ezechiël dringt de mensen opnieuw voor God en helpt hen om hun verantwoordelijkheid te nemen. Hij ontmaskert de smoesjes en stelt zijn volksgenoten weer recht voor de Here. Alleen in je persoonlijke aansprakelijkheid zit de mogelijkheid van het leven!

 

Bron : http://www.gkvcapelle.nl/index.php/preken/item/300-ezechi%C3%ABl-18 


Mattheus  25  : 29
"Want wie heeft zal nog meer krijgen, en wel in overvloed, maar wie niets heeft, hem zal zelfs wat hij heeft nog worden ontnomen. " (NBV-vertaling)

Want wie een goed gebruik maakt van wat hij heeft, zal er nog meer bij krijgen. Meer dan overvloedig. Maar wie niets doet met wat hij heeft, zal zelfs de kleinste verantwoordelijkheid worden afgenomen.
Lukas  12  : 48
Maar wie niet weet wat zijn heer wil en zo handelt dat hij slaag verdient, zal weinig slagen te verduren krijgen. Van iedereen aan wie veel gegeven is, zal veel worden ge?ist, en hoe meer aan iemand is toevertrouwd, des te meer zal van hem worden gevraagd. (NBV-vertaling)

Als iemand veel heeft ontvangen, zal ook veel van hem worden ge?ist. Hoe meer u is toevertrouwd, hoe groter uw verantwoording is.

   Bijbeltekst toevoegen

 


  Terug


Versie december 2009