hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Hart

Categorie
Lichaam

Toelichting

Een hart dat is toegewijd aan God

Als we Maria wat nader bekijken –een vrouw die aan Jezus’ voeten zat en door Hem geprezen werd- zullen we beter begrijpen wat het betekent om een hart te hebben dat aan God is toegewijd. (Lucas 10:38-42). Maria, een vrouw naar Gods hart, maakte een keuze die blijk gaf van haar hartshouding: ze wist dat het belangrijk was om de drukte, haar activiteiten en alle minder belangrijke dingen aan de kant te schuiven om zich volledig te kunnen richten op de Here Jezus. Maria koos ervoor tijd te besteden aan het luisteren naar de Here Jezus. Ze wist dat niets zo belangrijk is als tijd die wordt doorgebracht in Zijn aanwezigheid. Inderdaad, tijd die je zittend aan Zijn voeten doorbrengt, geeft je de energie en focus die je nodig hebt voor alles wat je in Zijn dienst doet. Het is namelijk tijd die besteed wordt aan een bezigheid met eeuwigheidswaarde, tijd die een blijvend en eeuwig divident oplevert.

 

Kies Gods weg bij elke gelegenheid

Neem jezelf voor actief te kiezen voor God en Zijn wegen –zoals Maria deed- in je beslissingen, je woorden, je gedachten en je reacties. Een man/vrouw naar Gods hart gaat over het leven in overeenstemming met Gods prioriteiten en we willen dat de keuzes die we maken een weerslag zijn van het feit dat God onze ultieme prioriteit is. Er zijn verschillende richtlijnen om ons daarbij te helpen.

 

Ken Hem in al uw wegen, dan zal Hij uw paden recht maken (Spreuken 3:6)

Ons deel is stil te staan, de tijd te nemen om Hem te kennen in al onze wegen. Dat betekent dat we onze beslissingen, onze gedachten, de woorden die we spreken en de manier waarop we reageren moeten overleggen met God. Voor we verder gaan of alleen maar reageren moeten we tijd nemen om eerst te bidden: ‘Here God, wat wilt U dat ik doe –of denk, of zeg- in deze situatie?’ Ik doe mijn best om als het ware een pauze in te lassen in mijn geest en mijn verstand om Hem te raadplegen. Dat is mijn deel van de afspraak. Dit gebed kan een fractie van een seconde in beslag nemen of een paar minuten.

 

En dan neemt God het over en doet Hij Zijn deel: Hij maakt mijn paden recht. Vaak is het bijna alsof de eerstvolgende gedachte die in me opkomt van Hem is. Omdat ik Hem vraag om leiding en ik de dingen op Zijn manier wil doen –niet op mijn manier- leidt Hij mij. Hij ‘leert en onderwijst me aangaande de weg ik gaan moet’ (Psalmen 32:8). Hij leidt me in wat ik moet doen, hoe ik moet handelen en wat ik moet zeggen. God is trouw aan Zijn belofte: ”Uw oren zullen achter u het woord horen: Dit is de weg, wandelt daarop“ (Jesaja 30:21).

 

Voorbeeld uit de praktijk

Toen ik nog maar net christen was, hoorde ik in de kerk een geestelijk meer volwassen vrouw vertellen over een keus –een keuze die Maria gemaakt zou hebben- die ze elke dag maakte zodra haar man naar zijn werk vertrokken was. Ze zei, dat ze zo’n beetje alles kon doen wat ze wilde: de tv aanzetten en naar een soap of een talkshow kijken, de krant lezen of –en daar koos zij voor- haar Bijbel te pakken en stille tijd houden.

 

Ontzag hebben voor God

Een bekend bijbelgedeelte: ”Bedrieglijkheid is de bevalligheid en ijdel de schoonheid, maar een vrouw die de Here vreest, die is te prijzen” (Spreuken 31:30). Verlang er naar om elke dag te groeien en meer op God te lijken. Door niet elke dag te leven met God, zal je iets missen van wat God in dit leven voor jou in petto heeft. Dus laat je niet beroven van zelfs maar één van Gods rijkdommen door geen tijd te nemen om Hem in je leven binnen te laten. Door niet te luisteren naar wat Hij tot je te zeggen heeft. Door toe te staan dat de routine, de dringende zaken van dit moment je beroven van de tijd voor de meest opwindende, meest vervullende relatie in het leven.

 

Wijd jezelf dagelijks aan God toe

Onze toewijding aan God wordt sterker wanneer we ons elke dag opnieuw overgeven aan Hem. Begin elke ochtend weer opnieuw met God door vanuit het diepst van je hart te bidden, in stilte of door het op te schrijven. Geef Hem alles wat je bent, wat je hebt …. nu ….. voor altijd …. en dagelijks. Geef God je leven, je lichaam, gezondheid (of je gebrek daaraan), je man, elk kind (één voor één), je huis, je bezittingen. Ontwikkel de gewoonte deze zegeningen in Gods liefdevolle handen te leggen, opdat Hij ermee kan doen wat Hij wil. Een dagelijks gebed van toewijding helpt ons los te laten wat wij beschouwen als ons recht op deze geschenken. God is meer dan bereid om de volledige verantwoordelijkheid te nemen voor een leven dat geheel aan Hem is toegewijd.

 

Ontwikkel een ‘’heet’ hart

“Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt, noch heet. Waart gij maar koud of heet! Zo dan, omdat gij lauw zijt en noch heet noch koud zal ik u uit mijn mond spuwen” (Openbaring 3:15-16).

Denk eens na over deze huiveringwekkende feiten: een koud hart hebben betekent dat je temperatuur flink onder het normale niveau is, dat je niet emotioneel betrokken bent bij God, je niet van Hem bewust bent. Stel je dat eens voor …. geen ‘gevoel’ hebben bij de dingen van God!

En dan is het nog het lauwe hart. Dat is niet koud en niet warm. Het is onverschillig. Stel je eens voor dat God je onverschillig zou laten! Heet –de derde optie- is wat we willen zijn. Dat betekent een hoge temperatuur, gekenmerkt door heftige activiteit, emotie of passie. Het is vurig en enthousiast. Dat is het hart van iemand die is toegewijd aan God!

 

Bron : “Een vrouw naar Gods hart” van Elizabeth George, blz. 17-25


Bijbelteksten
Psalmen  28  : 3

Ruk mij niet weg met de goddelozen en met allen die onrecht bedrijven, die van vrede spreken met hun naaste, terwijl er kwaad is in hun hart.  (HSV-vertaling)


Psalmen  86  : 11
Leer mij, HEERE! Uw weg; ik zal in Uw waarheid wandelen; verenig mijn hart tot de vreze Uws Naams. (Statenvertaling)

Wijs mij uw weg, HEER, laat mij wandelen op het pad van uw waarheid, vervul mijn hart met ontzag voor uw naam. (NBV-vertaling)
Psalmen  111  : 1  t/m 10
Halleluja! Ik zal de HEERE loven met heel mijn hart in de kring van de oprechten en in hun gemeenschap. De werken van de HEERE zijn groot, zij worden onderzocht door allen die er vreugde in vinden. Zijn daden zijn vol majesteit en glorie, Zijn gerechtigheid houdt voor eeuwig stand. Hij heeft voor Zijn wonderen een gedachtenis gemaakt, de HEERE is genadig en barmhartig. (HSV-vertaling)

Halleluja! Ik wil de HEER loven met heel mijn hart in de grote kring van oprechten. Machtig zijn de werken van de HEER, wie ze liefheeft, onderzoekt ze. Zijn daden hebben glans en glorie, zijn rechtvaardigheid houdt stand, voor altijd. Hij stelde een gedenkdag (SV: gedachtenis) in voor zijn wonderen. Genadig en liefdevol is de HEER. (NBV-vertaling)

Aan de hand van het profetische Woord uit de Bijbel kunnen we de Hand van de Almachtige in onze tijd herkennen. Bijzonder van toepassing op onze tijd zijn in dit verband enkele regels uit Psalm 111. Er moet wel naar gespeurd worden. Want wat je niet weet, kun je ook niet zien. Om Gods wonderen te zien moet je lezen, speuren in de "gedachtenis" (het gedenkboek dat de Heilige Israël daarvoor heeft laten schrijven): de Bijbel. Tegelijk moet je "de krant lezen". Dus nagaan wat er in en rond Israël gebeurt.

Bron : "Eindtijd, Israël en Islam" van drs. Jan van Barneveld
Spreuken  3  : 5  t/m 6

Vertrouw op de HEERE met heel je hart, en steun op je eigen inzicht niet. Ken Hem in al je wegen, dan zal Hij je paden rechtmaken. (HSV-vertaling)

Vertrouw met heel uw hart op de Here en verwacht het niet van uw eigen verstand. Laat God delen in alles wat u doet, dan kan Hij uw levensweg bepalen. 


Spreuken  12  : 20

Bedrog is in het hart van wie kwaad smeden, maar wie vrede aanraden, hebben blijdschap. (HSV-vertaling)


Spreuken  14  : 10
Het hart kent zijn eigen droefheid, en in zijn vreugde kan een vreemde zich niet mengen. (NBG-vertaling)

Alleen je eigen hart kent je diepste verdriet, in je vreugde kan een ander niet delen. (NBV-vertaling)_
Spreuken  14  : 13
Zelfs al lacht het hart, het lijdt pijn, vreugde eindigt altijd in verdriet. (NBV-vertaling)

Het hart kan bedroefd zijn, ook al lacht het gezicht; die lach kan eindigen in een traan.
Spreuken  14  : 30

Een gezond hart is het leven voor het lichaam, maar afgunst is verrotting van de beenderen. (HSV-vertaling)


Spreuken  15  : 14
Het hart van de verstandige zoekt kennis, maar de mond der zotten houdt zich met dwaasheid bezig. (NBG-vertaling)

Een verstandig hart verlangt naar kennis, maar de dwaze put uit een bron van dwaasheid.
Spreuken  16  : 9
Het hart des mensen overdenkt zijn weg, maar de HERE bestiert zijn gang. (NBG-vertaling)

Een mens bepaalt in zijn hart wat hij wil doen, maar de HEER bepaalt de richting die hij gaat.
Spreuken  17  : 20

Wie verdorven van hart is, vindt geen geluk; wie een slinkse tong heeft, stort zich in het ongeluk. (Willibrordvertaling)

Wie onbetrouwbaar is, vindt geen geluk, wie een valse tong heeft, stort zichzelf in het verderf. (NBV-vertaling)


Spreuken  19  : 21

In het hart van de mens zijn veel plannen, maar de raad van de HEERE, die houdt stand. (HSV-vertaling) 

Een mens maakt allerlei plannen, wat wordt uitgevoerd, is het plan van de HEER. (NBV-vertaling)


Spreuken  27  : 9
Olie en reukwerk verheugen het hart, en warme vriendschap, vanwege welgemeende raad. (NBG-vertaling)

Geurige olie maakt het hart blij, net zoals de goede raad die de ene vriend de andere geeft.
Prediker  7  : 3
Verdriet is beter dan lachen, want bij een treurig gelaat is het met het hart goed gesteld. (NBG-vertaling)

Verdriet is beter dan blijdschap, want het verdriet heeft een zuiverende werking op ons.
Jeremia  4  : 3
Want dit zegt de HEER tegen Juda en Jeruzalem: Ontgin nieuw land, en zaai niet tussen de dorens. (NBV-vertaling)

Doorploeg de hardheid van uw harten, zodat het zaad niet tussen de doornen valt.
Jeremia  17  : 9
Arglistig is het hart boven alles, ja verderfelijk is het: wie kan het kennen?

Vanuit het hart komt alle kwaad. Als je iets doet wat niet goed is, dan heb je dat van tevoren bedacht en overdacht in je hart.
Jeremia  17  : 10
Ik, de Here, doorgrondt het hart en toets de nieren, en dat, om aan een ieder te geven naar zijn wegen, naar de vrucht zijner daden.

God is het alleen die weet wat wij denken en doen. Hij is ook degene die ons leven kan beoordelen of veroordelen.
Ezechiel  11  : 19
Ik zal hun één hart geven en een nieuwe geest in hun binnenste, en Ik zal het hart van steen uit hun lichaam verwijderen en hun een hart van vlees geven. (NBG-vertaling)

De wet kwam op stenen tafelen. En de mensen vonden het zwaar om zich aan de tien geboden te houden. En wie het wel lukte om zich aan de meeste wetten te houden, zou hard van hart zijn. En dat is wat Ezechiël zegt over het nieuwe verbond. God wil ons een hart van vlees geven: een hart dat gevoelig en ontvankelijk is voor de aanraking van God. We horen niet hard van hart te zijn. Als je veel bezeerd bent, gebeurt dat soms. Je kunt naar de kerk gaan, maar niet echt tijd doorbrengen met God. Maar als je echt tijd gaat vrijmaken voor God, dan begin je met andere mensen te willen liefhebben. En God verzacht je harde hart. En één van de dingen die gebeurt, wanneer je hart zacht wordt, is dat je barmhartig wordt. Je bent bereid om mensen genade te verlenen. En je leert dat liefde altijd het beste gelooft.

Bron : Joyce Meijer, aflevering 2, Family7
Mattheus  5  : 3
Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen. (Statenvertaling)

Gelukkig wie nederig van hart zijn, want voor hen is het koninkrijk van de hemel. (NBV-vertaling)
Mattheus  7  : 12  (C)

Behandel anderen dus steeds zoals je zou willen dat ze jullie behandelen. Dat is het hart van de Wet en de Profeten. (HSV-vertaling)

Jezus laat ook hier zien hoe het Oude Testament nog steeds van toepassing is.

Bron : "Wortels van ons geloof" van Chuck en Karen Cohen


Markus  7  : 1  t/m 13  (C)

En bij Hem verzamelden zich de Farizeeën en sommigen van de schriftgeleerden, die uit Jeruzalem gekomen waren. En toen zij zagen dat sommigen van Zijn discipelen met onreine, dat is met ongewassen handen brood aten, berispten zij hen. Want de Farizeeën en alle Joden eten niet, als zij niet eerst grondig de handen gewassen hebben, omdat zij zich houden aan de overlevering van de ouden. En als zij van de markt komen, eten zij niet, als zij zich niet eerst gewassen hebben. En vele andere dingen zijn er die zij aangenomen hebben om zich eraan te houden, zoals het wassen van de drinkbekers en kannen en het koperen vaatwerk en bedden. Daarna vroegen de Farizeeën en de schriftgeleerden Hem: Waarom wandelen Uw discipelen niet volgens de overlevering van de ouden, maar eten zij het brood met ongewassen handen? Maar Hij antwoordde hun: Terecht heeft Jesaja over u, huichelaars, geprofeteerd zoals er geschreven staat:  Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich ver bij Mij vandaan.  Maar tevergeefs eren zij Mij door leringen te onderwijzen die geboden van mensen zijn[Jesaja 7:13]   Want terwijl u het gebod van God nalaat, houdt u zich aan de overlevering van de mensen, zoals het wassen van kannen en bekers; en veel andere dergelijke dingen doet u.  En Hij zei tegen hen: U stelt op een mooie manier Gods gebod terzijde om u aan uw overlevering te houden.  Want Mozes heeft gezegd:  Eer uw vader en uw moeder [Exodus 20:12; Deuteronomium 5:16],  en:  Wie vader of moeder vervloekt, die moet zeker sterven; [Exodus 21:17; Leviticus 20:9]  maar u zegt: Als iemand tegen zijn vader of zijn moeder zegt: Het is korban (dat wil zeggen: een gave) wat u van mij had kunnen krijgen, is het met hem in orde. En u laat hem niet meer toe iets voor zijn vader of zijn moeder te doen,  en zo maakt u Gods Woord krachteloos door uw overlevering die u overgeleverd hebt; en veel van dergelijke dingen doet u. (HSV-vertaling)

In dit bijbelgedeelte wees Jezus naar een serieus probleem van de houding van de Farizeeërs tegenover Gods Woord. In de verzen 7-13 beschuldigde Hij hen ervan God tevergeefs te aanbidden, omdat zij voorschriften van mensen leerden als de basis van hun leer en niet Gods geboden. Als gevolg daarvan hadden zij Gods Woord afgewezen, want "zo maakt gij het woord Gods krachteloos". Voordat we te veel gaan neerkijken op de Farizeeërs, zouden we mogen kijken op welke manieren wij in het lichaam zelf aan soortgelijke zaken schuldig zijn.

Jesaja 7 : 13

De Heere zei: Omdat dit volk tot Mij nadert met zijn mond en zij Mij eren met hun lippen, maar hun hart ver van Mij houden, en hun vrees voor Mij slechts een aangeleerd gebod van mensen is.  (HSV-vertaling)

Exodus 20 : 12

Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. (HSV-vertaling)

Deuteronomium 5 : 16

Eer uw vader en uw moeder, zoals de HEERE, uw God, u geboden heeft, opdat uw dagen verlengd worden en opdat het u goed gaat in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. (HSV-vertaling)

Exodus 21 : 17

En wie zijn vader of zijn moeder vervloekt, moet zeker gedood worden. (HSV-vertaling)

Leviticus 20 : 9

Ja, iedereen die zijn vader of zijn moeder vervloekt, moet zeker gedood worden. Hij heeft zijn vader of zijn moeder vervloekt. Zijn bloed rust op hemzelf. (HSV-vertaling)

Bron : "Wortels van ons geloof" van Chuck en Karen Cohen


Lukas  12  : 34
Want waar uw schat is, aldaar zal ook uw hart zijn. (Statenvertaling)

Waar uw schat is, daar zullen ook uw hart en gedachten zijn.
Johannes  14  : 27
Vrede laat Ik u, mijn vrede geef Ik u; niet gelijk de wereld die geeft, geef Ik hem u. Uw hart worde niet ontroerd of versaagd.(NBG-vertaling)

Ik laat jullie vrede na; mijn vrede geef ik jullie, zoals de wereld die niet geven kan. Maak je niet ongerust en verlies de moed niet.
Romeinen  1  : 19  t/m 25  (C)
Want wat een mens over God kan weten is hun bekend omdat God het aan hen kenbaar heeft gemaakt. Zijn onzichtbare eigenschappen zijn vanaf de schepping van de wereld zichtbaar in zijn werken, zijn eeuwige kracht en goddelijkheid zijn voor het verstand waarneembaar. Er is niets waardoor zij te verontschuldigen zijn, want hoewel ze God kennen, hebben ze hem niet de eer en de dank gebracht die hem toekomen. Hun overpeinzingen zijn volkomen zinloos en hun onverstandig hart is verduisterd. Terwijl ze beweren wijs te zijn, zijn ze dwaas en hebben ze de majesteit van de onvergankelijke God ingewisseld voor beelden van vergankelijke mensen, vogels, lopende en kruipende dieren. Daarom heeft God hen in hun lage begeerten uitgeleverd aan zedeloosheid, waarmee ze hun lichaam onteren. Ze hebben de waarheid over God ingewisseld voor de leugen; ze vereren en aanbidden het geschapene in plaats van de schepper, die moet worden geprezen tot in eeuwigheid. Amen. (NBV-vertaling)

In de bijbel heet occultisme vaak ‘afgoderij’. Dit bijbelgedeelte laat zien dat die afgoderij steeds voortkomt uit een door trots en misleiding verziekte geest; die geest verkiest duistere praktijken boven God, aanbidt de schepping in plaats van de Schepper, en vervalt in lichamelijke onreinheid in plaats van het ‘goddelijke’ te vinden. Deze vier zaken zijn nog steeds kenmerkend voor het occulte.
2 Korinthiers  3  : 2  t/m 3  en 17
Onze brief zijt gij, geschreven in onze harten, kenbaar en leesbaar voor alle mensen, daar gij toont een brief van Christus te zijn, door onze dienst opgesteld, niet met inkt geschreven, maar met de Geest van de levende God, niet op tafelen van steen, maar op tafelen van vlees in de harten.

Waar de Geest vrij in ons kan werken, worden we naar de heerlijkheid van Christus toe veranderd.

Bron : "Meer Geest in de gemeenten" van W.J. Ouweneel, blz. 19
2 Korinthiers  4  : 1  t/m 10
Daarom, nu wij deze bediening hebben, die ons door barmhartigheid is toevertrouwd, verliezen wij de moed niet, maar hebben wij verworpen alle schandelijke praktijken, die het licht niet kunnen zien, daar wij niet met sluwheid omgaan of het woord Gods vervalsen, maar de waarheid aan het licht brengen en zo bij elk menselijk geweten onze eigen aanbeveling zijn voor het oog van God. Indien dan nog ons evangelie bedekt is, is het bedekt bij hen, die verloren gaan, ongelovigen, wier overleggingen de god dezer eeuw met blindheid heeft geslagen, zodat zij het schijnsel niet ontwaren van het evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is. Want wij prediken niet onszelf, maar Christus Jezus als Here, en onszelf als uw dienaren om Jezus wil. Want de God, die gesproken heeft: Licht schijne uit het duister, heeft het doen schijnen in onze harten, om ons te verlichten met de kennis der heerlijkheid Gods in het aangezicht van Christus. Maar wij hebben deze schat in aarden vaten, zodat de kracht, die alles te boven gaat, van God is en niet van ons: in alles zijn wij in de druk, doch niet in het nauw; om raad verlegen, doch niet radeloos; vervolgd, doch niet verlaten; ter aarde geworpen, doch niet verloren; te allen tijde het sterven van Jezus in het lichaam omdragende, opdat ook het leven van Jezus zich in ons lichaam openbare. (NBG-vertaling)

Openlijke verkondiging van de waarheid
Daarom geven wij de moed niet op, nu wij door Gods ontferming met deze dienst zijn belast. Wij laten ons niet in met laffe heimelijkheid, wij gaan niet met sluwheid te werk en wij vervalsen Gods woord niet. Door de waarheid openlijk te verkondigen bevelen wij ons aan bij het geweten van alle mensen, ten overstaan van God. En als er nog een sluier ligt over het evangelie dat wij verkondigen, dan toch alleen voor hen die verloren gaan, voor de ongelovigen; hun denken is door de god van deze wereld zo verblind, dat zij de glans niet ontwaren van het evangelie van de heerlijkheid van Christus, die het beeld van God is. Wij verkondigen immers niet onszelf, maar wij verkondigen Jezus Christus als de Heer en onszelf als uw dienaren omwille van Jezus. Dezelfde God die gezegd heeft: "Uit de duisternis zal licht schijnen", heeft zijn licht laten schijnen in ons hart om de kennis te laten stralen van zijn heerlijkheid, die ligt over het gelaat van Jezus Christus.

Vol goede moed bij tegenslag
Maar wij dragen deze schat in aarden potten, en zo blijkt dat die overgrote kracht van God komt en niet van ons. Van alle kanten worden wij belaagd maar we zitten niet in het nauw; we zijn radeloos maar niet ten einde raad; we worden opgejaagd maar niet in de steek gelaten; neergeveld maar niet gedood. Altijd dragen wij het sterven van Jezus in ons lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus zich in ons lichaam openbaart. (Willibrord-vertaling)

Er is bij een ongelovige altijd een spirituele dimensie in zijn weerstand tegen het evangelie en verstandelijke beschouwingen zijn nooit in en van zichzelf voldoende om een ongelovige hart te bekeren. Gebed en geestelijke oorlogvoering zijn daarbij altijd nodig.
Efeziers  4  : 26
Wordt toornig, en zondigt niet; de zon ga niet onder over uw toornigheid; (Statenvertaling)

Als u kwaad bent, laat dan geen wrok in uw hart opkomen, want dan zondigt u. Zorg ervoor dat u uw boosheid voor het einde van de dag weer kwijt bent.
1 Johannes  3  : 20
Want indien ons hart [ons] veroordeelt, God is meerder dan ons hart, en Hij kent alle dingen.(Statenvertaling)

Ook als ons geweten ons aanklaagt, is God toch groter dan ons geweten. Hij weet alles.

   Bijbeltekst toevoegen

Website('s) of documenten
 Boek "Het Vaderhart van God" van Floyd McClung
 Video "Een vrouw naar Gods hart" van Henk Binnendijk, 60 minuten
 Video "Vrouw naar Gods hart" van Aad van de Sande 1.10 minuten
 Youtube filmpje "Vaderhart van God" door Gerald Troost, 2.07 minuten

 


  Terug


Versie december 2009