hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Mens (De mens naar het beeld van God)

Categorie
OP ZOEK NAAR GOD

Toelichting

De mens naar het beeld van God

Het boek Genesis vertelt ons dat God de mens naar Zijn eigen beeld heeft geschapen, dat Hij de mens van het stof van de aarde vormde en in zijn neusgaten de adem van het leven blies (Genesis 1:26-27; 2:7). Het feit dat God de mens naar zijn beeld en gelijkenis schiep, omlijnt het meest fundamentele verschil tussen mensen en andere schepselen. Alle andere onderscheidende kenmerken tussen mensen en dieren vallen binnen dit brede spectrum. De mens staat apart van alle andere levende wezens vanwege zijn verhouding met God. De flora en fauna waren reeds geschapen toen God de mens in beeld bracht. De mens is de kroon op de schepping en is geschapen om over flora en fauna te heersen. Van alles dat God schiep, werd enkel de mens gemaakt naar beeld en gelijkenis van God. De Hebreeuwse Geschriften verklaren niet precies wat met het beeld en de gelijkenis van God wordt bedoeld. De "Cambridge Bible for Schools and Colleges" verklaart aangaande de woorden "beeld en gelijkenis": "'beeld' stelt de reproductie in vorm en wezen voor, fysiek of geestelijk; en 'gelijkenis' geeft het idee van gelijkvormigheid en uiterlijke overeenkomst."

Natuurlijk bezit de mens in geen geval alle macht, kenmerken en eigenschappen van de grote Schepper God. Desalniettemin zijn wij geschapen naar Gods eigen beeld en gelijkenis. Door de gehele Bijbel heen wordt de verhouding van God met de mens beschreven als dat van een vader met zijn kinderen. Kinderen hebben gewoonlijk een sterke fysieke gelijkenis met hun ouders. De auteur van Hebreeën verklaart onze verhouding met God: ‚"Want Hij, die heiligt, [Christus] en zij, die geheiligd worden, [de christenen] zijn allen uit een; [Vader] daarom schaamt Hij [Christus] Zich niet hen broeders te noemen, en Hij zegt:'Uw naam zal ik aan mijn broeders verkondigen, in het midden der gemeente zal ik U lofzingen'; en wederom:'Ik zal op Hem vertrouwen'; en wederom:'Ziehier ik en de kinderen, die God mij gegeven heeft.'" (Hebreeën 2:11-13).

De bovenstaande verzen verklaren en voorzien ook Gods opmerkelijk doel voor de mensheid. De boodschap van de Bijbel toont aan dat God de mens schiep met een verstand geschikt om te communiceren met God en om te denken zoals Hij denkt. God wil ook dat we nog meer zoals Hem worden - zowel in karakter als, uiteindelijk, in wezen. Het is onze bestemming om te worden wat Jezus Christus nu is als verheerlijkte Zoon van God (1 Johannes 3:2).

 

“En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.” (Genesis 1:27; vergelijk dit met 5:1-2).

Het Hebreeuwse woord voor de "mens" - etadam (inclusief het accusatiefdeeltje et) - zoals gebruikt in vers 27, is een verzamelnaam die het mensdom als geheel omvat. Het is niet enkel de juiste naam van Adam, die de eerste mens was (1 Corinthiërs 15:45; 1 Kronieken 1:1). Zo is het beeld van God zowel individueel als collectief van toepassing. Elke persoon, man en vrouw, is geschapen naar het beeld van God, net zoals het menselijke ras als geheel dat is.

“Dit is het geslachtsregister van Adam. Ten dage, dat God Adam schiep, maakte Hij hem naar de gelijkenis Gods; man en vrouw schiep Hij hen, en Hij zegende hen en noemde hen `mens' ten dage, dat zij geschapen werden.” (Genesis 5:1-2).

Na de oorspronkelijke beschrijving van de schepping van mensheid in Eden, worden wij door deze tekst opnieuw herinnerd aan onze uniekheid aan het begin van een nieuw tijdperk in de menselijke geschiedenis.

“Wie des mensen bloed vergiet, diens bloed zal door de mens vergoten worden, want naar het beeld Gods heeft Hij de mens gemaakt” (Genesis 9:6).

Een persoon geschapen naar Gods beeld is zo kostbaar in het oog van de Schepper dat iedereen wie doelbewust en kwaadaardig andermans leven neemt, zelf de doodstraf tegemoet kan zien. Deze laatste herinnering in Genesis is geplaatst vlak na de tijd van Noach’s vloed:  een andere mijlpaal in de geschiedenis.  Gods plan met de mensheid is:  "vruchtbaar te zijn en te vermenigvuldigen,".

Vermeldt de Bijbel ook de twee woorden 'beeld en gelijkenis' met betrekking tot de normale voortplanting van een mens?

“Toen Adam honderd dertig jaar geleefd had, verwekte hij een zoon naar zijn gelijkenis, als zijn beeld, en noemde hem Set” (Genesis 5:3).

Net zoals onze Schepper mensen naar Zijn beeld en gelijkenis maakte (Genesis 1:26-27), zo deed Adam door het verkrijgen van zijn zoon Set, die naar Adam's beeld en gelijkenis was. Met andere woorden, net zoals kinderen op hun menselijke ouders lijken, zo lijken alle mensen op onze Schepper. Alhoewel God geest is (Johannes 4:24) in plaats van een fysiek wezen, hebben alle mensen een fysieke gelijkenis met Hem. Hij toonde Mozes zelfs Zijn rug in Zijn verheerlijkte vorm (Exodus 33:18-23). Wat betreft een dergelijke fysieke gelijkenis, is het opmerkenswaardig dat Jezus Christus in menselijke vorm en gelijkenis aan Zijn discipelen verscheen ná de verrijzenis. In het verhaal van de Transfiguratie (Mattheüs 17:1-9), verscheen Jezus in dezelfde verheerlijkte vorm aan Petrus, Johannes en Jakobus. Toen God in een visioen aan bijbelse profeten verscheen, beschreven zij Hem in menselijke vorm. Het is zeker dat de mens fysiek gelijk aan God is ontworpen, voor zover dat mogelijk is voor een fysiek wezen om te worden gemaakt naar het beeld en de gelijkenis van de ontzagwekkende geest, die God is.


Bijbelteksten
Genesis  1  : 27
“En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.”
Genesis  2  : 7
“ …. Toen formeerde de Here God de mens van stof uit de aardbodem en blies de levensadem in zijn neus; alzo werd de mens tot een levende wezen.”

Zo heeft God Adam geschapen.
Markus  8  : 37
"Want wat zou een mens kunnen geven in ruil voor zijn leven?" (NBG-vertaling)
Handelingen  17  : 26
"Uit één mens heeft hij de hele mensheid gemaakt, die hij over de hele aarde heeft verspreid; voor elk volk heeft hij een tijdperk vastgesteld en hij heeft de grenzen van hun woongebied bepaald." (NBV-vertaling)

   Bijbeltekst toevoegen

 


  Terug


Versie december 2009