Prediker
9
: 12
"Want ook de mens kent zijn tijd niet, evenmin als de vissen, die in het verraderlijke net gevangen worden, evenmin als de vogels, die in het klapnet gevangen worden. Evenals zij worden de mensenkinderen verstrikt ten tijde des kwaads, als dit hen plotseling overvalt. " (NBG-vertaling)
Een mens weet nooit wanneer hem iets zal overkomen. Hij is als een vis die in het net wordt gevangen en als een vogel die in een strik komt vast te zitten. Zo zullen ook mensen worden verrast als hen plotseling iets kwaads overkomt.
|