hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Eten (dagelijks voedsel)

Categorie
Gezondheid en de Bijbel

Toelichting

Bijbelteksten
Genesis  3  : 17  t/m 19
"En tot de mens (= Adam) zeide Hij: Omdat gij naar uw vrouw hebt geluisterd en van de boom gegeten, waarvan Ik u geboden had: Gij zult daarvan niet eten, is de aardbodem om uwentwil vervloekt; al zwoegende zult gij daarvan eten zolang gij leeft," (NBG-vertaling)

"in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aardbodem wederkeert, omdat gij daaruit genomen zijt; want stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren. " (NBG-vertaling)

Tot de dag van uw dood zult u zwetend het land bewerken om te kunnen leven. Dan zal uw lichaam vergaan tot het stof der aarde. Want uit stof bent u gemaakt en tot stof zult u weer worden. Eén van de gevolgen van de zondeval is hard werken voor je brood en dat de mens zal sterven.
Leviticus  31  : 5  t/m 8
Wanneer je de HEER een vredeoffer aanbiedt, moet je, wil het offer aanvaard worden, het vlees eten op de dag dat het dier wordt geslacht, of op de volgende dag. Wat er op de derde dag nog over is, moet worden verbrand. Als er op de derde dag nog van het offervlees gegeten wordt, is dat verwerpelijk en zal het offer niet worden aanvaard. Wie ervan eet moet de gevolgen van zijn zonde dragen. Hij heeft ontwijd wat de HEER toebehoort en wordt uit de gemeenschap gestoten. (NBV-vertaling)
Nehemia  5  : 1  t/m 13
De bevolking, en vooral de vrouwen, beklaagde zich luid over een aantal van hun Joodse volksgenoten. Sommigen zeiden: "We hebben veel zonen en dochters, en daarom willen we graan! We moeten eten, anders gaan we dood!" Anderen zeiden: "We hebben onze akkers, wijngaarden en huizen in onderpand gegeven om graan te kunnen kopen nu er honger heerst." Weer anderen zeiden: "We hebben onze akkers en wijngaarden moeten belenen om de belasting aan de koning te kunnen betalen. En nu onze akkers en wijngaarden in het bezit van anderen zijn, moeten we onze zonen en dochters als slaaf verkopen. Sommige van onze dochters zijn al slavin. Wij staan machteloos! Maar we zijn toch van hetzelfde vlees en bloed als onze volksgenoten, onze kinderen zijn toch niet minder dan die van hen!" Ik werd woedend toen ik hun klachten en de aangedragen feiten hoorde. Ik ging bij mezelf te rade en besloot de vooraanstaande burgers en de bestuurders ter verantwoording te roepen. Ik verweet hun dat zij rente van hun volksgenoten verlangden. In een grote vergadering die ik met het oog op hun gedrag bijeen had geroepen, zei ik tegen hen: "Voor zover het ons mogelijk was hebben wij de Joodse volksgenoten die zich aan vreemden hadden moeten verkopen, teruggekocht. En nu moeten we zelfs volksgenoten vrijkopen die door u worden verkocht!" Ze zwegen, ze wisten niet wat ze moesten zeggen. Ik vervolgde: "Wat u doet, is niet goed. Heb toch, bij alles wat u doet, ontzag voor onze God, anders haalt u zich de hoon van de vijandelijke volken op de hals! Ook ik, mijn broers en mijn mannen hebben geld en graan uitgeleend. Laten we nu deze schuld kwijtschelden! Geef hun daarom vandaag nog hun akkers terug, hun wijngaarden, olijfbomen en huizen, en scheld de rente kwijt van het geld en het graan, de wijn en de olie die u aan hen hebt geleend.? Toen zeiden ze: ?We zullen alles teruggeven en niets vorderen. We zullen doen wat u zegt," en in aanwezigheid van de priesters die ik had laten komen, liet ik hen zweren dat ze woord zouden houden. Vervolgens schudde ik de plooi van mijn mantel uit en zei: "Zo zal God iedereen uitschudden die zich niet aan deze afspraak houdt. Uitgeschud en berooid zal hij zijn, zonder huis of have." Alle aanwezigen riepen "Amen," en ze loofden de HEER. Iedereen kwam zijn belofte na.(NBV-vertaling)

Nehemia zag zich genoodzaakt om zijn bestuurders een eed te laten zweren om hen zich te laten gedragen. Ze hadden zich aan grootgrondbezit schuldig gemaakt. De arme Isra?lieten moesten zelfs hun kinderen als slaaf verkopen om rond te kunnen komen.

Bron : spel "De Nationale Bijbelquiz"
Spreuken  25  : 21  t/m 22
"Indien dengene, die u haat, hongert, geef hem brood te eten; en zo hij dorstig is, geef hem water te drinken; Want gij zult vurige kolen op zijn hoofd hopen, en de HEERE zal het u vergelden." (Statenvertaling)

Als je vijand honger heeft, geef hem dan te eten, als hij dorst heeft, geef hem dan te drinken. Dan stapel je gloeiende kolen op zijn hoofd, en de HEER zal je belonen.

Kanttekening bij de Statenvertaling
Vurige kolen : Dat is, gij zult hem daartoe drijven, dat hij de vijandschap, die hij jegens u heeft, haast van zich werpt; gelijk iemand, wien gloeiende kolen op het hoofd gelegd zouden worden, die terstond zou afschudden. Of, gij zult zijn hart vermurwen en gedwee maken, dat hij van zijn ongelijk overtuigd zal zijn; gelijk de smede het ijzer met gloeiende kolen vermurwen.
Mattheus  6  : 25  t/m 26
Daarom zeg Ik u: Weest niet bezorgd over uw leven, wat gij zult eten [of drinken], of over uw lichaam, waarmede gij het zult kleden. Is het leven niet meer dan het voedsel en het lichaam meer dan de kleding? Ziet naar de vogelen des hemels: zij zaaien niet en maaien niet en brengen niet bijeen in schuren, en toch voedt uw hemelse Vader die; gaat gij ze niet verre te boven? (NBG-vertaling)

De Here Jezus heeft zelf zijn bezorgde kinderen verwezen naar de vogels van de hemel.We moeten niet bezorgd zijn over ons leven, wat we zullen eten of drinken, of over ons lichaam, waarmee wij het zullen kleden. God zorgt ook voor de vogels. Zal Hij dan ook niet voor ons zorgen?
Markus  7  : 1  t/m 13  (C)

En bij Hem verzamelden zich de Farizeeën en sommigen van de schriftgeleerden, die uit Jeruzalem gekomen waren. En toen zij zagen dat sommigen van Zijn discipelen met onreine, dat is met ongewassen handen brood aten, berispten zij hen. Want de Farizeeën en alle Joden eten niet, als zij niet eerst grondig de handen gewassen hebben, omdat zij zich houden aan de overlevering van de ouden. En als zij van de markt komen, eten zij niet, als zij zich niet eerst gewassen hebben. En vele andere dingen zijn er die zij aangenomen hebben om zich eraan te houden, zoals het wassen van de drinkbekers en kannen en het koperen vaatwerk en bedden. Daarna vroegen de Farizeeën en de schriftgeleerden Hem: Waarom wandelen Uw discipelen niet volgens de overlevering van de ouden, maar eten zij het brood met ongewassen handen? Maar Hij antwoordde hun: Terecht heeft Jesaja over u, huichelaars, geprofeteerd zoals er geschreven staat:  Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich ver bij Mij vandaan.  Maar tevergeefs eren zij Mij door leringen te onderwijzen die geboden van mensen zijn[Jesaja 7:13]   Want terwijl u het gebod van God nalaat, houdt u zich aan de overlevering van de mensen, zoals het wassen van kannen en bekers; en veel andere dergelijke dingen doet u.  En Hij zei tegen hen: U stelt op een mooie manier Gods gebod terzijde om u aan uw overlevering te houden.  Want Mozes heeft gezegd:  Eer uw vader en uw moeder [Exodus 20:12; Deuteronomium 5:16],  en:  Wie vader of moeder vervloekt, die moet zeker sterven; [Exodus 21:17; Leviticus 20:9]  maar u zegt: Als iemand tegen zijn vader of zijn moeder zegt: Het is korban (dat wil zeggen: een gave) wat u van mij had kunnen krijgen, is het met hem in orde. En u laat hem niet meer toe iets voor zijn vader of zijn moeder te doen,  en zo maakt u Gods Woord krachteloos door uw overlevering die u overgeleverd hebt; en veel van dergelijke dingen doet u. (HSV-vertaling)

In dit bijbelgedeelte wees Jezus naar een serieus probleem van de houding van de Farizeeërs tegenover Gods Woord. In de verzen 7-13 beschuldigde Hij hen ervan God tevergeefs te aanbidden, omdat zij voorschriften van mensen leerden als de basis van hun leer en niet Gods geboden. Als gevolg daarvan hadden zij Gods Woord afgewezen, want "zo maakt gij het woord Gods krachteloos". Voordat we te veel gaan neerkijken op de Farizeeërs, zouden we mogen kijken op welke manieren wij in het lichaam zelf aan soortgelijke zaken schuldig zijn.

Jesaja 7 : 13

De Heere zei: Omdat dit volk tot Mij nadert met zijn mond en zij Mij eren met hun lippen, maar hun hart ver van Mij houden, en hun vrees voor Mij slechts een aangeleerd gebod van mensen is.  (HSV-vertaling)

Exodus 20 : 12

Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. (HSV-vertaling)

Deuteronomium 5 : 16

Eer uw vader en uw moeder, zoals de HEERE, uw God, u geboden heeft, opdat uw dagen verlengd worden en opdat het u goed gaat in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. (HSV-vertaling)

Exodus 21 : 17

En wie zijn vader of zijn moeder vervloekt, moet zeker gedood worden. (HSV-vertaling)

Leviticus 20 : 9

Ja, iedereen die zijn vader of zijn moeder vervloekt, moet zeker gedood worden. Hij heeft zijn vader of zijn moeder vervloekt. Zijn bloed rust op hemzelf. (HSV-vertaling)

Bron : "Wortels van ons geloof" van Chuck en Karen Cohen


Handelingen  14  : 17
" .... vanuit de hemel heeft Hij u regen geschonken en vruchtbare seizoenen, Hij heeft u overvloedig te eten gegeven en u zodoende vreugde gebracht." (NBV-vertaling)
Handelingen  27  : 34
Daarom vermaan ik u spijze te nemen, want dat dient tot uw behouding; want niemand van u zal een haar van het hoofd vallen. (Statenvertaling)

Ik raad jullie aan om nu iets te eten, want dat zal bijdragen tot jullie redding; niemand van jullie zal een haar worden gekrenkt. (NBV-vertaling)
1 Timotheus  4  : 1  t/m 5
Maar de Geest zegt nadrukkelijk, dat in latere tijden sommigen zullen afvallen van het geloof, doordat zij dwaalgeesten en leringen van boze geesten volgen, door de huichelarij van leugensprekers, die in hun eigen geweten gebrandmerkt zijn, het huwelijk verbieden en het genot van spijzen, welke God toch geschapen heeft om met dankzegging te worden gebruikt door de gelovigen, die tot erkentenis der waarheid gekomen zijn. Want alles wat God geschapen heeft, is goed en niets daarvan is verwerpelijk, als het met dankzegging aanvaard wordt: want het wordt geheiligd door het woord Gods en door gebed.(NBG-vertaling)

Maar de Heilige Geest zegt ons heel duidelijk dat er een tijd zal komen waarin sommigen in de gemeente zich van Christus afwenden en leraren gaan volgen die zich door de duivel laten leiden. Deze schijnheilige leraren vertellen leugens en hebben hun eigen geweten het zwijgen opgelegd. Zij zullen zeggen dat het niet goed is om te trouwen en dat je bepaalde dingen niet moet eten, zelfs al heeft God deze dingen gegeven, opdat goed onderwezen christenen er dankbaar van zullen genieten. Want alles wat God gemaakt heeft, is goed. Wij mogen het gerust eten, als we er maar dankbaar voor zijn. Omdat God gezegd heeft dat het goed is en omdat wij Hem vragen het te zegenen, is alle voedsel aanvaardbaar. (Het Boek)

Een christen zal altijd voor zijn eten bidden en God vragen het te zegenen en na de maaltijd God danken.
1 Timotheus  6  : 8
Als wij echter onderhoud (SV: voedsel) en onderdak (SV: deksel) hebben, dan moet ons dat genoeg zijn. (NBG-vertaling)

   Bijbeltekst toevoegen

 


  Terug


Versie december 2009