Job
39
: 12
t/m 15
"Zou de woudos u dienstbaar willen zijn, willen overnachten bij uw kribbe? Kunt gij de woudos met een touw in de vore dwingen? Zal hij achter u de dalgrond eggen? Vertrouwt gij op hem, omdat zijn kracht zo groot is? of laat gij aan hem uw zwoegen over? Rekent gij op hem, dat hij uw koren zal binnenhalen en het naar uw dorsvloer zal samenbrengen?" (Statenvertaling)
Zou de buffel voor jou willen werken en ‘s nachts bij jou in de stal willen staan? Zou je hem kunnen beteugelen, zodat hij volgzaam het dal voor je ploegt? Kun je op zijn grote kracht vertrouwen en het werk aan hem overlaten? Verwacht je van hem, dat hij de oogst binnenhaalt en het koren op de dorsvloer bijeenbrengt? (Groot Nieuws Vertaling)
|