hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Antichrist

Categorie

Toelichting
Wie is de antichrist?
Door de eeuwen heen werden duizenden verschillende mensen als 'de antichrist' aangeduid. In ieder geslacht worden wij met sensatiemakers geconfronteerd die één of andere tijdgenoot als 'de antichrist' bestempelen. Het voorzetsel 'anti' betekent 'tegen'. Het woord verwijst naar iemand die tegen Christus is, de tegenstander van Christus of het tegenovergestelde van Christus.

Is de antichrist één bepaalde mens of een klasse mensen als één persoon voorgesteld?
Het woord 'antichrist' komt in de Schrift vijf maal voor. De identiteit van de antichrist wordt in deze en verwante teksten beschreven. Hoewel in 1 Johannes 2 : 18 het de eerste keer is dat het woord 'antichrist' in het Nieuwe Testament voorkomt, wordt verwacht dat de lezers met het concept vertrouwd zijn. Zij wisten dat hij zou komen. Wie is de antichrist? Volgens Johannes, stelt 'de antichrist' de vele valse christussen en valse profeten voor die Jezus zei zouden opstaan en velen misleiden. De antichrist vertegenwoordigt alle valse leraars in de wereld, mensen die tegenstanders van Christus zijn of die zich in de plaats van Christus stellen. Laten wij oppassen voor de geest van de antichrist, de geest van wetteloosheid, de geest die Gods woord tegenspreekt.

Wij worden voor “valse christussen en valse profeten” gewaarschuwd en Jezus zegt dat hun komst met wetsverachting gepaard zal gaan. Uit deze waarschuwingen van Christus en Petrus, die vele jaren eerder dan de brief van Johannes werden opgeschreven, wisten christenen dat er een afval zou zijn. Er zouden vele valse leraars zijn en velen zouden hen volgen. Wetteloosheid zou wijd verspreid zijn onder degenen die beweerden christen te zijn! In 1 Johannes 2:18 merken wij ook op dat Johannes in staat was een gevolgtrekking te maken. Deze veelheid van valse leraars was het bewijs dat het laatste uur aangebroken was.

De gevolgtrekking van Johannes kunnen wij beter verstaan door wat hij hier zegt (geschreven rond 90 na Christus) te vergelijken met was Paulus zowat 40 jaar eerder schreef zie 2 Tessalonicenzen 2 : 1-12.) In 53 na Christus moesten bepaalde voorspellingen nog in vervulling gaan vóór de wederkomst van Christus. De “afval” moest gebeuren “en de mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des verderfs, de tegenstander”. Paulus spreekt van “het geheimenis der wetteloosheid”. Christus had voorzegt dat de wetsverachting zou toenemen (Matteüs 24:12). Paulus noemt deze “zoon des verderfs” “de wetteloze” en verwijst naar een Messiaanse profetie in Jesaja 11:4. Sommigen te Tessalonica dachten dat Christus onmiddellijk terugkwam. Paulus zegt dat een grootschalige afval onder de christenen eerst zou gebeuren. Veertig jaar later, toen Johannes schreef, was de toestand veranderd. Zijn lezers waren met de voorspellingen van een afval bekend. Intussen was deze voorspelling in vervulling gegaan: de antichrist was al gekomen (1 Johannes 2:18; 4:3; 2 Johannes 7), de afval was reeds gebeurd (1 Johannes 2:19), en Christus kon op ieder ogenblik komen. Het laatste uur was aangebroken. Vanaf toen kan Christus op ieder ogenblik komen. Wie dat verloochent is een valse leraar.

Johannes vervolgt: “Wie is de leugenaar dan wie loochent, dat Jezus de Christus is? Dit is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent” (1 Johannes 2:22). Men kan Christus met zijn mond verloochenen, maar ook door valse leerstellingen en niet-voorgeschreven praktijken, zoals in 2 Johannes 9 staat: “Een ieder, die verder gaat en niet blijft in de leer van Christus, heeft God niet; wie in die leer blijft, deze heeft zowel de Vader als de Zoon”.

Johannes spreekt ook over de geest van de antichrist (1 Johannes 4:2, 3). Let op de beweging van meervoud naar enkelvoud. Iedere geest die Jezus niet belijdt, is de geest van de antichrist. Met andere woorden, de geest van de antichrist stelt alle geesten voor die tegen Christus zijn. Dezelfde beweging van meervoud naar enkelvoud vinden wij in 2 Johannes 7. De vele misleiders zijn de antichrist.

Bron : Roy Davison

Bijbelteksten
Mattheus  7  : 15
Pas op voor valse profeten, die in schaapskleren op jullie afkomen maar eigenlijk roofzuchtige wolven zijn. (NBV-vertaling)

Pas op voor valse profeten. Zij komen naar u toe en doen zich voor als onschuldige schapen. Maar in werkelijkheid zijn het verscheurende wolven.
Mattheus  24  : 4  t/m 5
En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Ziet toe, dat u niemand verleide. Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden. (Statenvertaling)
Mattheus  24  : 11  t/m 12
En vele valse profeten zullen opstaan, en zullen er velen verleiden. En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden.(Statenvertaling)

En vele valse profeten zullen opstaan en velen zullen zij verleiden. En omdat de wetsverachting toeneemt, zal de liefde van de meesten verkillen.
Mattheus  24  : 24  t/m 25
Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan, en zullen grote tekenen en wonderheden doen, alzo dat zij (indien het mogelijk ware) ook de uitverkorenen zouden verleiden. Ziet, Ik heb [het] u voorzegd! (Statenvertaling)
2 Korinthiers  4  : 4

Daarom, aangezien wij deze bediening hebben naar de barmhartigheid die ons bewezen is, verliezen wij de moed niet. Integendeel, wij hebben de schandelijke, verborgen praktijken verworpen;  wij wandelen niet in bedrog en vervalsen ook niet het Woord van God, maar door het openbaar maken van de waarheid  bevelen wij onszelf aan bij elk menselijk geweten, in de tegenwoordigheid van God. Maar in het geval dat ons Evangelie nog bedekt is, dan is het bedekt in hen die verloren gaan. Van hen, de ongelovigen, geldt dat de god van deze eeuw  hun gedachten heeft verblind, opdat de verlichting met het Evangelie van de heerlijkheid van Christus,  Die het beeld van God is, hen niet zou bestralen. Want wij prediken niet onszelf, maar Christus Jezus als Heere, en onszelf als uw dienstknechten om Jezus' wil. Want God,  Die gezegd heeft dat het licht uit de duisternis zou schijnen, is ook Degene  Die in onze harten geschenen heeft tot verlichting met de kennis van de heerlijkheid van God in het aangezicht van Jezus Christus. (HSV-vertaling) 


2 Thessalonicensen  2  : 1  t/m 12
En wij bidden u, broeders, door de toekomst van onzen Heere Jezus Christus, en onze toevergadering tot Hem, Dat gij niet haastelijk bewogen wordt van verstand, of verschrikt, noch door geest, noch door woord, noch door zendbrief, als van ons [geschreven], alsof de dag van Christus aanstaande ware. Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want [die komt niet], tenzij dat eerst de afval gekomen zij, en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des verderfs; Die zich tegenstelt, en verheft boven al wat God genaamd, of [als] God geeerd wordt, alzo dat hij in den tempel Gods als een God zal zitten, zichzelven vertonende, dat hij God is. Gedenkt gij niet, dat ik, nog bij u zijnde, u deze dingen gezegd heb? En nu, wat [hem] wederhoudt, weet gij, opdat hij geopenbaard worde te zijner eigen tijd. Want de verborgenheid der ongerechtigheid wordt alrede gewrocht; alleenlijk, Die hem nu wederhoudt, [Die zal hem wederhouden], totdat hij uit het midden zal [weggedaan] worden. En alsdan zal de ongerechtige geopenbaard worden, denwelken de Heere verdoen zal door den Geest Zijns monds, en te niet maken door de verschijning Zijner toekomst; [Hem, zeg ik,] wiens toekomst is naar de werking des satans, in alle kracht, en tekenen, en wonderen der leugen; En in alle verleiding der onrechtvaardigheid in degenen, die verloren gaan; daarvoor dat zij de liefde der waarheid niet aangenomen hebben, om zalig te worden. En daarom zal God hun zenden een kracht der dwaling, dat zij de leugen zouden geloven; Opdat zij allen veroordeeld worden, die de waarheid niet geloofd hebben, maar een welbehagen hebben gehad in de ongerechtigheid. (Statenvertaling)

Maar wij verzoeken u, broeders, met betrekking tot de komst van [onze] Here Jezus Christus en onze vereniging met Hem, dat gij niet spoedig uw bezinning verliest of in onrust verkeert, hetzij door een geestesuiting, hetzij door een prediking, hetzij door een brief, die van ons afkomstig zou zijn, alsof de dag des Heren (reeds) aanbrak. Laat niemand u misleiden, op welke wijze ook, want eerst moet de afval komen en de mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des verderfs, de tegenstander, die zich verheft tegen al wat God of voorwerp van verering heet, zodat hij zich in de tempel Gods zet, om aan zich te laten zien, dat hij een god is. Herinnert gij u niet, dat ik, toen ik nog bij u was, u dit meermalen gezegd heb? En gij weet thans wel, wat hem weerhoudt, totdat hij zich openbaart op zijn tijd. Want het geheimenis der wetteloosheid is reeds in werking; (wacht) slechts totdat hij, die op het ogenblik nog weerhoudt, verwijderd is. Dan zal de wetteloze zich openbaren; hem zal de Here [Jezus] doden door de adem zijns monds en machteloos maken door zijn verschijning, als Hij komt. Daarentegen is diens komst naar de werking des satans met allerlei krachten, tekenen en bedrieglijke wonderen, en met allerlei verlokkende ongerechtigheid, voor hen, die verloren gaan, omdat zij de liefde tot de waarheid niet aanvaard hebben, waardoor zij hadden kunnen behouden worden. En daarom zendt God hun een dwaling, die bewerkt, dat zij de leugen geloven, opdat allen worden geoordeeld, die de waarheid niet geloofd hebben, doch een welgevallen hebben gehad in de ongerechtigheid”
2 Petrus  2  : 1  t/m 3
En er zijn ook valse profeten onder het volk geweest, gelijk ook onder u valse leraars zijn zullen, die verderfelijke ketterijen bedektelijk invoeren zullen, ook den Heere, Die hen gekocht heeft, verloochenende, [en] een haastig verderf over zichzelven brengende; 2 En velen zullen hun verderfenissen navolgen, door welke de weg der waarheid zal gelasterd worden. En zij zullen door gierigheid, met gemaakte woorden, van u een koopmanschap maken; over welke het oordeel van over lang niet ledig is, en hun verderf sluimert niet. (Statenvertaling)

Uit deze waarschuwingen van Christus en Petrus, die vele jaren eerder dan de brief van Johannes werden opgeschreven, wisten christenen dat er een afval zou zijn. Er zouden vele valse leraars zijn en velen zouden hen volgen. Wetteloosheid zou wijd verspreid zijn onder degenen die beweerden christen te zijn! In 1 Johannes 2:18 merken wij ook op dat Johannes in staat was een gevolgtrekking te maken. Deze veelheid van valse leraars was het bewijs dat het laatste uur aangebroken was.


1 Johannes  2  : 18  t/m 19
Kinderen, het laatste uur is aangebroken. U hebt gehoord dat de antichrist zal komen. Nu al treden er veel antichristen op, en daardoor weten we dat dit het laatste uur is. Ze zijn uit ons midden voortgekomen maar ze hoorden niet bij ons, want als ze werkelijk bij ons hadden gehoord, zouden ze bij ons gebleven zijn. Maar het moest aan het licht komen dat niemand van hen bij ons hoorde. (NBV-vertaling)

In de brieven van Johannes lezen we over antichristen. 'Anti' betekent 'tegen'. Een 'antichrist' is iemand die zich opstelt f tegen Christus (als Zijn vijand), f tegenover Christus (als Zijn plaatsvervanger).
1 Johannes  2  : 22  t/m 24
Wie is de leugenaar dan wie loochent, dat Jezus de Christus is? Dit is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent. Een ieder, die de Zoon loochent, heeft ook de Vader niet. Wie de Zoon belijdt, heeft ook de Vader. Wat u betreft, wat gij van den beginne gehoord hebt, moet in u blijven. Indien in u blijft, wat gij van den beginne gehoord hebt, dan zult gij ook in de Zoon en [in] de Vader blijven. En dit is de belofte, die Hij zelf ons beloofd heeft: het eeuwige leven. Dit heb ik u geschreven over hen, die u misleiden.(NBG-vertaling)

Bestaat er een grotere leugenaar dan iemand die ontkent dat Jezus de christus is? De antichrist is ieder die de Vader en de Zoon niet erkent. Ieder die de Zoon niet erkent, heeft ook de Vader niet. Wie de Zoon erkent, heeft ook de Vader. Wat uzelf betreft: wat u vanaf het begin hebt gehoord, laat dat in u blijven. Als in u blijft wat u vanaf het begin hebt gehoord, zult u in de Zoon en in de Vader blijven. En dit is wat hij ons heeft beloofd: het eeuwige leven. Dit wilde ik u schrijven over hen die proberen u te misleiden. (In vers 22 wordt gesproken van "Christus". Dit is een Griekse titel. Dit wordt elders weergegeven als "de messias". (zie Matthes 2:). Hier is het vertaald met "de christus" vanwege het veranderd met "de antichrist".) (NBV-vertaling)

In de brieven van Johannes lezen we over antichristen. 'Anti' betekent 'tegen'. Een 'antichrist' is iemand die zich opstelt tegen Christus (als Zijn vijand), tegenover Christus (als Zijn plaatsvervanger).
1 Johannes  4  : 1  t/m 6
Geliefden, vertrouwt niet iedere geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn in de wereld uitgegaan. Hieraan onderkent gij de Geest Gods: iedere geest, die belijdt, dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, is uit God; en iedere geest, die Jezus niet belijdt, is niet uit God. En dit is de geest van de antichrist, waarvan gij gehoord hebt, dat hij komen zal, en hij is nu reeds in de wereld. Gij zijt uit God, kinderkens, en gij hebt hen overwonnen; want Hij, die in u is, is meerder dan die in de wereld is. Zij zijn uit de wereld; daarom spreken zij uit de wereld en hoort de wereld naar hen. Wij zijn uit God; wie God kent, hoort naar ons; wie uit God niet is, hoort naar ons niet. Hieraan onderkennen wij de Geest der waarheid en de geest der dwaling. (NBG-vertaling)

Vertrouwt niet iedere geest. In deze tekst worden we gewaarschuwd om niet zomaar iedereen te vertrouwen en alles te geloven! Beproeft de geesten, of zij uit God zijn. Welke geesten mogen we wel geloven, en welke niet? Hoe kunnen we goede en slechte geesten herkennen? Wij moeten alles toetsen en het goede moeten we behouden. Wel dienen wij open te staan voor iedereen, steeds klaar om iets bij te leren. Maar we mogen niet zomaar alles geloven. We moeten alles toetsen. Het goede moeten we behouden en het overige verwerpen.

Waarom staat 'geesten' in deze waarschuwing? Hoe kunnen wij een geest op de proef stellen? Wij mogen niet uitsluitend naar uiterlijkheden kijken. We moeten de vraag stellen: Door welke geest wordt deze persoon bewogen? Door welke kracht gedreven? De Geest van God waarschuwt ons voor de dwaalgeesten.
2 Johannes  1  : 7
Want er zijn vele verleiders in de wereld gekomen, die niet belijden, dat Jezus Christus in het vlees gekomen is. Deze is de verleider en de antichrist. (Statenvertaling)

Er zijn veel dwaalleraren in de wereld verschenen die de komst van Jezus Christus als mens niet belijden. Dat nu is de verleider, de antichrist! (NBV-vertaling)

In de brieven van Johannes lezen we over antichristen. 'Anti' betekent 'tegen'. Een 'antichrist' is iemand die zich opstelt f tegen Christus (als Zijn vijand), f tegenover Christus (als Zijn plaatsvervanger)

   Bijbeltekst toevoegen

 


  Terug


Versie december 2009