hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Wassen (huidhygiëne en kleren wassen)

Categorie
Moderne wetenschap in de Bijbel
Gezondheid en de Bijbel

Toelichting
Vanaf de tijd van Mozes tot nu toe zijn de Israëlieten bijzonder fanatiek geweest op hun persoonlijke hygiëne. Voor andere volken waren hun hygiëneregels een aanleiding tot ergernis en minachting. Wie gaat er nu elke week in bad en trekt meteen schone kleren aan? Wie wast zich nu netjes als hij seks met z'n vrouw heeft gehad of iemand heeft begraven? Waarom moet je eten weggooien als daar een dode muis op valt? Waarom al die moeite om je uitwerpselen te begraven?

De Mozaïsche wetten waren een anachronisme (iets wat niet past) in hun tijd. Ze waren hun tijd ver vooruit om door andere volken gehoorzaamd of begrepen te worden. De Israëlieten waren de enigen die als hele volk belang hechten aan een goede hygiëne, zoals baden en kleren wassen, bescherming van voedsel- en watervoorraden.

De Israelieten moesten enkele malen per week hun hele lichaam wassen en regelmatig ook hun kleren. Dat was niet vanwege lichaamsgeurtjes of om er netjes bij te lopen, maar om gezond te blijven! Het moest gebeuren in schoon, stromend water of in een schoon bad van minstens 250 liter, waarvan het water na gebruik kon wegvloeien. (11) Bij elke synagoge was zo'n bad aanwezig. Hieronder staan zes voorvallen waarna een Israëliet zich grondig moest wassen:
1. Na een zaadlozing en na geslachtsgemeenschap (tegen geslachtsziekten)
2. Na aanraking van een gonorroe-patiënt of iets van zijn huisraad (tegen geslachtsziekten)
3. Na terugkomst van een oorlog (tegen geslachtsziekten en andere besmettelijke ziekten)
4. Na aanraking van een lijk (tegen besmettelijke ziekten)
5. Na aanraking van een onrein dier of een dier dat vanzelf gestorven is (tegen besmettelijke ziekten)
6. Na aanraking van een vrouw die menstrueert (tegen besmetting via het bloed)

Het regelmatig wassen en verschonen was van levensbelang in de strijd tegen een heel scala van ernstige ziekten. Bijvoorbeeld in de strijd tegen de schurftmijt (Sarcoptes scabiei), die leeft en eieren legt in de huid van mensen die onhygiënisch leven of in de strijd tegen gevaarlijke schimmels. Maar het belangrijkste aspect was de strijd tegen vlooien en luizen. Die beestjes zijn niet alleen erg lastig, maar kunnen epidemieën veroorzaken van levensgevaarlijke ziekten, zoals de pest en de vlektyfus.

Zie voor meer info over water -> trefwoord "Hygiëne in en om het huis"

Bijbelteksten
Leviticus  13  : 4  t/m 7
Maar zo de blaar in het vel zijn vleses wit is, en haar aanzien niet dieper is dan het vel, en het haar niet [in] wit veranderd is, zo zal de priester hem, die de plaag heeft, zeven dagen opsluiten. Daarna zal de priester op den zevenden dag hem bezien; indien, ziet, de plaag, naar dat hij zien kan, is staande gebleven, [en] de plaag in het vel niet uitgespreid is, zo zal de priester hem zeven andere dagen opsluiten. En de priester zal hem andermaal op den zevenden dag bezien; indien, ziet, de plaag ingetrokken, en de plaag in het vel niet uitgespreid is, zo zal de priester hem rein verklaren; het was een verzwering; en hij zal zijn klederen wassen, zo is hij rein. Maar zo de verzwering in het vel ganselijk uitgespreid is, nadat hij aan den priester tot zijn reiniging zal vertoond zijn, zo zal hij andermaal aan den priester vertoond worden. (Statenvertaling)

Als een Jood onrein was geworden door een besmettelijke ziekte, moest hij een periode van reiniging en afzondering in acht nemen. Dat was gebaseerd op de regel in deze bijbelverzen, waar staat dat de priester een besmette patiënt 14 dagen moest opsluiten en daarna al of niet rein verklaren.
Numeri  31  : 19  t/m 24
"En gijlieden, legert u buiten het leger zeven dagen; een ieder, die een mens gedood, en een ieder, die een verslagene zult aangeroerd hebben, zult u op den derden dag en op den zevenden dag ontzondigen, gij en uw gevangenen. Ook zult gij alle kleding, en alle gereedschap van vellen, en alle geiten [haren] werk, en gereedschap van hout, ontzondigen. En Eleazar, de priester, zeide tot de krijgslieden, die tot dien strijd getogen waren: Dit is de inzetting der wet, die de HEERE Mozes geboden heeft. Alleen het goud en het zilver, en het koper, het ijzer, het tin en het lood; Alle ding, dat het vuur lijdt, zult gij door het vuur laten doorgaan, dat het rein worde; evenwel zal het door het water der afzondering ontzondigd worden; maar al wat het vuur niet lijdt, zult gij door het water laten doorgaan. Gij zult ook uw klederen op den zevenden dag wassen, dat gij rein wordt; en daarna zult gij in het leger komen." (Statenvertaling)

De vrouw moest eerst zeven dagen afgezonderd leven buiten het grote kamp van Israël, net als de soldaten die uit de oorlog terugkwamen. Zeven dagen was lang genoeg om te zien of ze gonorroe had of een andere ziekte. De incubatietijd (tijd tussen besmetting en het uitbreken) van gonorroe, en bijna alle andere infectieziekten, is twee tot zeven dagen (2) De vrouw moest zich na zeven dagen met water wassen en ook alle wasbare voorwerpen die uit haar eigen huis waren meegenomen, zoals linnen kleding, voorwerpen van leer, hout, geitenhaar, enzovoort. Alles wat met vuur gereinigd kon worden, zoals goud, zilver, koper en ijzer, moest door het vuur gaan. Dat waren opvallend effectieve maatregelen. Buiten de Israëlieten was er geen ander volk op aarde dat zich regelmatig waste. Daarom waren de lichamen, de kleding en de gebruiksvoorwerpen van de verslagen vijanden vaak een bron van ziektekiemen.
Markus  7  : 1  t/m 13  (C)

En bij Hem verzamelden zich de Farizeeën en sommigen van de schriftgeleerden, die uit Jeruzalem gekomen waren. En toen zij zagen dat sommigen van Zijn discipelen met onreine, dat is met ongewassen handen brood aten, berispten zij hen. Want de Farizeeën en alle Joden eten niet, als zij niet eerst grondig de handen gewassen hebben, omdat zij zich houden aan de overlevering van de ouden. En als zij van de markt komen, eten zij niet, als zij zich niet eerst gewassen hebben. En vele andere dingen zijn er die zij aangenomen hebben om zich eraan te houden, zoals het wassen van de drinkbekers en kannen en het koperen vaatwerk en bedden. Daarna vroegen de Farizeeën en de schriftgeleerden Hem: Waarom wandelen Uw discipelen niet volgens de overlevering van de ouden, maar eten zij het brood met ongewassen handen? Maar Hij antwoordde hun: Terecht heeft Jesaja over u, huichelaars, geprofeteerd zoals er geschreven staat:  Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich ver bij Mij vandaan.  Maar tevergeefs eren zij Mij door leringen te onderwijzen die geboden van mensen zijn[Jesaja 7:13]   Want terwijl u het gebod van God nalaat, houdt u zich aan de overlevering van de mensen, zoals het wassen van kannen en bekers; en veel andere dergelijke dingen doet u.  En Hij zei tegen hen: U stelt op een mooie manier Gods gebod terzijde om u aan uw overlevering te houden.  Want Mozes heeft gezegd:  Eer uw vader en uw moeder [Exodus 20:12; Deuteronomium 5:16],  en:  Wie vader of moeder vervloekt, die moet zeker sterven; [Exodus 21:17; Leviticus 20:9]  maar u zegt: Als iemand tegen zijn vader of zijn moeder zegt: Het is korban (dat wil zeggen: een gave) wat u van mij had kunnen krijgen, is het met hem in orde. En u laat hem niet meer toe iets voor zijn vader of zijn moeder te doen,  en zo maakt u Gods Woord krachteloos door uw overlevering die u overgeleverd hebt; en veel van dergelijke dingen doet u. (HSV-vertaling)

In dit bijbelgedeelte wees Jezus naar een serieus probleem van de houding van de Farizeeërs tegenover Gods Woord. In de verzen 7-13 beschuldigde Hij hen ervan God tevergeefs te aanbidden, omdat zij voorschriften van mensen leerden als de basis van hun leer en niet Gods geboden. Als gevolg daarvan hadden zij Gods Woord afgewezen, want "zo maakt gij het woord Gods krachteloos". Voordat we te veel gaan neerkijken op de Farizeeërs, zouden we mogen kijken op welke manieren wij in het lichaam zelf aan soortgelijke zaken schuldig zijn.

Jesaja 7 : 13

De Heere zei: Omdat dit volk tot Mij nadert met zijn mond en zij Mij eren met hun lippen, maar hun hart ver van Mij houden, en hun vrees voor Mij slechts een aangeleerd gebod van mensen is.  (HSV-vertaling)

Exodus 20 : 12

Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. (HSV-vertaling)

Deuteronomium 5 : 16

Eer uw vader en uw moeder, zoals de HEERE, uw God, u geboden heeft, opdat uw dagen verlengd worden en opdat het u goed gaat in het land dat de HEERE, uw God, u geeft. (HSV-vertaling)

Exodus 21 : 17

En wie zijn vader of zijn moeder vervloekt, moet zeker gedood worden. (HSV-vertaling)

Leviticus 20 : 9

Ja, iedereen die zijn vader of zijn moeder vervloekt, moet zeker gedood worden. Hij heeft zijn vader of zijn moeder vervloekt. Zijn bloed rust op hemzelf. (HSV-vertaling)

Bron : "Wortels van ons geloof" van Chuck en Karen Cohen


1 Timotheus  5  : 9  t/m 15
Als weduwe mogen alleen vrouwen worden ingeschreven van boven de zestig jaar die maar n man hebben gehad en bekendstaan om hun goede daden, kinderen hebben opgevoed, gastvrij zijn geweest, gelovigen de voeten hebben gewassen en zich hebben ingezet voor verdrukten, die, kortom, allerlei goede daden hebben verricht. Wijs jongere weduwen af. Wanneer hun hartstocht hen van Christus vervreemdt, zullen ze weer willen trouwen, en dan wordt het hun aangerekend dat ze hun belofte aan hem breken. Bovendien zullen ze er een gewoonte van maken hun tijd te verdoen door overal op bezoek te gaan; en dat niet alleen, in hun bemoeizucht praten ze ook over dingen die geen pas geven. Daarom wil ik dat jonge weduwen hertrouwen, kinderen krijgen, het huishouden regelen en onze tegenstanders geen aanleiding geven om kwaad van ons te spreken. Sommigen van hen zijn immers al van het rechte pad afgeweken, Satan achterna. (NBV-vertaling)

De Bijbel maakt onderscheid in oudere weduwen en jonge weduwen:

1. Als weduwe mogen alleen vrouwe worden ingeschreven die ten minste 60 jaar zijn en die trouw zijn geweest aan haar man:
- Zij moet bij iedereen goed bekend staan door alles wat zij heeft gedaan.
- Heeft zij haar kinderen goed grootgebracht?
- Heeft zij zowel vreemdelingen als christenen gastvrij ontvangen?
- Heeft zij zieken en gewonden geholpen?
- Staat zij altijd klaar om te helpen?

2. De jonge weduwen mogen geen deel uitmaken van deze bepaalde groep:
- want als hun verlangen naar een man na een tijdje sterker wordt dan hun toewijding aan Christus, zullen zij weer willen trouwen. Dan zal er een oordeel over hen komen, omdat zij zich niet houden aan de belofte die zij Christus hadden gedaan.
- Bovendien zullen zij zich snel vervelen en met roddelpraatjes van het ene huis naar het andere gaan en zich met andermans zaken bemoeien.

Daarom vind Timotheüs het nodig dat de jongere weduwen opnieuw trouwen, kinderen krijgen en voor hun eigen gezin zorgdragen, dan zal de vijand niets op hen hebben aan te merken. Enkelen van hen hebben zich al van de gemeente afgekeerd en zijn satan gevolgd.


1 Timotheus  5  : 9  t/m 15
Als weduwe mogen alleen vrouwen worden ingeschreven van boven de zestig jaar die maar n man hebben gehad en bekendstaan om hun goede daden, kinderen hebben opgevoed, gastvrij zijn geweest, gelovigen de voeten hebben gewassen en zich hebben ingezet voor verdrukten, die, kortom, allerlei goede daden hebben verricht. Wijs jongere weduwen af. Wanneer hun hartstocht hen van Christus vervreemdt, zullen ze weer willen trouwen, en dan wordt het hun aangerekend dat ze hun belofte aan hem breken. Bovendien zullen ze er een gewoonte van maken hun tijd te verdoen door overal op bezoek te gaan; en dat niet alleen, in hun bemoeizucht praten ze ook over dingen die geen pas geven. Daarom wil ik dat jonge weduwen hertrouwen, kinderen krijgen, het huishouden regelen en onze tegenstanders geen aanleiding geven om kwaad van ons te spreken. Sommigen van hen zijn immers al van het rechte pad afgeweken, Satan achterna. (NBV-vertaling)

De Bijbel maakt onderscheid in oudere weduwen en jonge weduwen:

1. Als weduwe mogen alleen vrouwe worden ingeschreven die ten minste 60 jaar zijn en die trouw zijn geweest aan haar man:
- Zij moet bij iedereen goed bekend staan door alles wat zij heeft gedaan.
- Heeft zij haar kinderen goed grootgebracht?
- Heeft zij zowel vreemdelingen als christenen gastvrij ontvangen?
- Heeft zij zieken en gewonden geholpen?
- Staat zij altijd klaar om te helpen?

2. De jonge weduwen mogen geen deel uitmaken van deze bepaalde groep:
- want als hun verlangen naar een man na een tijdje sterker wordt dan hun toewijding aan Christus, zullen zij weer willen trouwen. Dan zal er een oordeel over hen komen, omdat zij zich niet houden aan de belofte die zij Christus hadden gedaan.
- Bovendien zullen zij zich snel vervelen en met roddelpraatjes van het ene huis naar het andere gaan en zich met andermans zaken bemoeien.

Daarom vind Timotheüs het nodig dat de jongere weduwen opnieuw trouwen, kinderen krijgen en voor hun eigen gezin zorgdragen, dan zal de vijand niets op hen hebben aan te merken. Enkelen van hen hebben zich al van de gemeente afgekeerd en zijn satan gevolgd.


   Bijbeltekst toevoegen

 


  Terug


Versie december 2009