Wat wordt bedoeld met het “verborgen
manna”, de “witte steen” en een “nieuwe
naam”?
Openbaring 2:17
Wie oren heeft, laat hij
horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Aan wie overwint, zal Ik van het
verborgen manna te eten geven, en Ik zal hem een witte steen geven met op die steen een nieuwe naam
geschreven, die niemand kent dan wie hem ontvangt.
Wat wordt bedoeld met het
verborgen manna?
In de gemeente van Pergamum was een
gevaarlijke leer binnengedrongen, die in Openbaring 2:14 wordt genoemd: de leer
van Bileam. Volgens Numeri 31:8, 16 werd Israël door Bileam
aangezet om ongehoorzaam te zijn en te zondigen tegen God. Het beginsel van
deze “Bileamsleer” heeft zich blijkbaar de eeuwen door kunnen handhaven en was
zelfs doorgedrongen in de gemeente van Pergamum. Daar waren er, die de
gelovigen trachtten te verleiden deel te nemen aan maaltijden van
afgodenoffers, die veelal met hoererij gepaard gingen. Zij, die zich met deze
zonde niet wilden inlaten, worden in genoemd bijbelgedeelte “overwinnaars”
genoemd. Hen wordt de belofte gegeven, dat zij zullen mogen eten van het
“verborgen manna”.
In deze woorden ligt een historische
toespeling op het manna, dat eens door de kinderen van Israël werd gegeten op
hun reis door de woestijn. Ter herinnering aan de wonderbare wijze, waarop zij
gedurende de lange woestijnreis door God in het leven waren behouden, was een
deel van dit manna in een gouden kruik opgeborgen in de Ark des Verbonds, die
in het binnenste heiligdom van de tabernakel stond. Maar volgens Jezus’ woorden
was niet dit manna, maar Hij Zelf het ware brood uit de hemel. “Ik ben het brood des levens. Uw vaderen
hebben in de woestijn het manna gegeten en zij zijn gestorven; dit is het
brood, dat uit de hemel nederdaalt, opdat wie er van eet, niet sterve … Indien
iemand van dit brood eet, hij zal in eeuwigheid leven” (Johannes 6:49-51).
Zo is het duidelijk, dat het in de brief
aan Pergamum bedoelde “verborgen manna” wijst op de Here Jezus, die nu nog
verborgen is in de heerlijkheid van de hemel. De getrouwen mogen zich eenmaal
aan Hem verzadigen als aan het hemelse brood, dat eeuwig leven geeft.
Bron : http://bgimmanuel.nl/bijbelse-encyclopedie/bijbelse-encyclopedie-index/nederlandse-index-op-v/verborgen-manna/
Wat wordt bedoeld met het
geven van een nieuwe naam?
Toen God de dieren bij
Adam bracht om ze namen te geven, ging het er maar niet om dat 'het beestje nu
eenmaal een naam moest hebben'. Neen, Adam gaf namen waarin de aard of het
kenmerk van het dier werd uitgedrukt. Toen Simon bij de Heer Jezus kwam, gaf de
Heer hem de naam Kefas. Kefas betekent 'steen' en de Heer drukt daarmee uit dat
Peter geestelijk een steen zou zijn, namelijk in verband met zijn taak en
roeping als apostel.
Welnu, zo drukt de nieuwe naam, die de overwinnaars op een witte steen wordt
uitgereikt uit wat de gelovigen voor de Heer zijn. En dat zal in verband staan
met wat ze hier op aarde voor Hem hebben betekent.
Wie of wat wordt bedoeld met
de witte steen?
Een 'witte steen' werd in
die tijden bij vele gelegenheden gebruikt, b.v.
- Feestdagen werden aangegeven met een witte en rampdagen met een zwarte steen;
- Een gastheer kon aan zijn gast een witte steen geven met een boodschap erop
geschreven;
- Een witte steen betekende in de rechtspraak vrijspraak en een zwarte
veroordeling
- Bij wedstrijden kreeg de overwinnaar een tablet van witte steen met zijn naam
erop, zodat hij kon bewijzen overwinnaar te zijn.
Vooral de tweede en de vierde gedachte kunnen hier bedoeld zijn. Misschien
zullen we niet aan een sociaal gebruik in de heidenwereld moeten denken, maar
is er een relatie met de stenen in de borstlap van de hogepriester. De stenen
stellen voor de stammen van Israël, het volk van God, in de schoonheid die ze
voor God hebben. In ieder geval is het duidelijk, dat het om een symbolische
beloning gaat en wel als volgt:
- De steen spreekt van duurzaamheid;
- De kleur wit van reinheid, heerlijkheid;
- De nieuwe naam geeft aan wat de gelovige voor Christus betekent. De persoonlijke
waardering van Christus voor iedere gelovige afzonderlijk spreekt hieruit.
Bron : http://www.jaapfijnvandraat.nl/index.php?page=artikel&id=877
Wat zouden dat ‘steentje’
en ‘de naam die alleen degene kent die hem ontvangt’ betekenen?
We zijn gemaakt
naar het beeld van God, maar we zijn allemaal anders. En iedereen heeft het
vermogen of op z’n minst de mogelijkheid om iets unieks en bijzonders van God
te ontdekken wat anderen niet ontdekken.
Aan de andere
kant: zoals onze vingerafdrukken en ons gezicht allemaal verschillend zijn,
zijn we allemaal op vele manieren anders, ook al zijn we gemaakt naar Gods
beeld. Als we weten dat God zo blij is met zijn schepping en dan in het
bijzonder de mens die Hij naar zijn beeld gemaakt heeft, zou het dan niet
kunnen dat we God ieder op onze eigen manier vreugde brengen?
God geeft ons
daarom een witte steen met een nieuwe naam die alleen de ontvanger kent. Een
naam waardoor we onszelf en ons leven op een nieuwe manier kunnen zien.
Aan wie wordt
de steen gegeven? Aan degenen die overwinnen. Er moet dus iets overwonnen
worden en er wordt niets onthuld over de naam op de steen. Alleen dat God hem
erop zal schrijven en zal geven aan degenen die overwinnen.
Een voorbeeld
om het te verduidelijken: Ik heb een roman van 1200 bladzijden voor me. Ik
scheur er een willekeurige pagina uit en geef het aan jou en vraag of je hem
wil lezen. Dan vraag ik jou waar dit boek over gaat. Je kan er wel iets van
maken. Je weet iets over de hoofdpersoon en het verhaal. Maar je kent pas het
hele verhaal en de afloop daarvan als je het hele boek leest.
Ons leven is
als een pagina uit een dik boek. We zien slechts een stukje van dat verhaal. We
weten meer niet dan wel. Wat we wel weten, is dat het onze taak is om door te
gaan en te overwinnen. En dat is een heilige roeping die je invult, voor Hem
wiens naam heilig is. En God zal ook ons een heilige naam geven en die op dat
witte steentje schrijven.
Bron : DVD “Onze
Vader” van Ken Curtis