Eigen regels
in de kerk
Allerlei bepalingen betreffende de leiding
in onze gemeenten hebben wij of ons voorgeslacht zelf bedacht. Niet altijd zijn
die terug te vinden in de Bijbel. Enkele voorbeelden: familie in de kerkenraad
is niet wenselijk; een kerkenraadslid moet na een aantal jaar uit de
kerkenraad; alleen de predikant of voorganger mag spreken in de samenkomst.
Aan de ene kant kun je begrip hebben voor
zulke regels, omdat ze vaak zijn ingesteld om misstanden tegen te gaan. Maar
eigen regels zijn niet zelden belangrijker geworden dan Gods Woord. Denk
bijvoorbeeld aan het feit dat het soms niet wenselijk wordt geacht dat
familieleden in dezelfde kerkenraad zitting nemen. Ik begrijp dat er wel eens
dingen fout zijn gegaan, juist doordat familieleden samen soms sterker stonden,
maar waar vind je deze bepaling in de Bijbel? Nergens toch! En ook als de
leiding in de gemeente géén familie van elkaar is, is dat nog geen garantie dat
het dan wel goed gaat.
Waarom is familie in de
kerkenraad niet wenselijk?
Mozes en Aäron leidden samen het volk
Israël uit Egypte door de woestijn, richting Kanaän, bijna veertig jaar lang.
Aangesteld door God Zelf. Twee broers, die samen de leiding hadden. In veel
kerken en gemeenten zouden we dat nooit goed gevonden hebben.
Dit zie je vaker in de Bijbel. God werkt vaak in de lijn van de geslachten.
Kijk eens naar de discipelen van de Here Jezus. Zowel Petrus en Andreas als
Johannes en Jakobus waren broers van elkaar. Zie je bij ons al een kerken- of
oudstenraad die zo is samengesteld?
Door zo’n eigen regel komen sommige Godvrezende en bekwame mensen niet in
aanmerking om te dienen in de gemeente omdat hun broer of vader al actief is.
Zouden we Gods werk daardoor niet belemmeren?
Waarom moet een
kerkenraadslid na een aantal jaar uit de kerkenraad?
Ook de vaste bepaling in veel kerken en
gemeenten dat mensen maar voor een bepaald aantal jaren aaneen kunnen dienen in
de kerken- of oudstenraad, is een voorbeeld van een menselijke bepaling. In de
ene gemeente zes jaar, in weer een andere gemeente acht of misschien twaalf
jaar. Wanneer iemand gekozen is in de kerkenraad, wordt aangenomen dat God zo
iemand geroepen heeft. Maar kennelijk is die roeping na een – door ons –
vastgesteld aantal jaren weer voorbij.
Waar kom je dit tegen in Gods Woord?
Nergens toch. Veel vaker zie je in de Bijbel dat een roeping in Gods dienst
niet na een bepaald aantal jaren stopt, hoewel er natuurlijk altijd redenen
kunnen zijn waarom het wel beter kan zijn dat iemand stopt.
Waarom mag alleen de
predikant of voorganger spreken in de samenkomst?
Denk ook eens aan het feit dat in veel
kerken en gemeenten de dienst van begin tot eind door de predikant of
voorganger wordt gedaan. En absoluut, ook door die ene voorganger kan de Here
een grote zegen geven. Maar wanneer we 1 Korinthe 14 lezen, wordt wel duidelijk
dat Gods Woord ook ruimte biedt aan anderen om in de samenkomst een bijdrage te
leveren. Voor alle gelovigen is er, als ze de Heilige Geest ontvangen hebben,
ruimte om deel te nemen aan de dienst, mits het dienstbaar is aan de opbouw van
de gemeente. Ditzelfde hoofdstuk wijst ook op de orde die er in de samenkomsten
moet zijn, maar we kunnen alles zo dichttimmeren dat het mogelijk is dat we de
Heilige Geest hinderen.
Bron : http://www.eo.nl/magazines/visie/artikel-detail/eigen-regels-in-de-kerk/