hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel
De geschiedenis van Israël in het kort
Na de Romeinen kreeg het Oost Romeinse-Rijk Palestina in bezit. Vervolgens veroverden de Perzen het land. De Byzantijnen (=het Oost-Romeinse Rijk) kwamen terug maar werden in 638 door de islamitische Arabieren verjaagd. De volgende 460 jaar viel Palestina onder verschillende islamitische kalifaten, die vanuit Damascus, Bagdad of Cairo over het land heersten. Nooit is Jeruzalem de zetel van een islamitische vorst geweest, hoewel de Heilige Stad toch voor de Islam de derde in heiligheid wordt genoemd. Nooit is Palestina een zelfstandig land geweest, behalve voor het Joodse volk. Het land is al die eeuwen een armelijke, verwaarloosde uithoek van een of ander groot, islamitisch rijk geweest. Een kleine uitzondering waren de jaren 1099 – 1291 toen de kruisvaarders in het Heilige land huishielden. In 1187 heroverde de beroemde kalief Saladin Jeruzalem op de kruisvaarders en in 1291 werden ze definitief uit het land gejaagd toen ze de slag bij Akko verloren. Daarna ging het land er steeds meer op achteruit en verarmde snel. In 1517 was het de beurt aan de Turken, over Palestina te heersen. Precies 400 jaar duurde het Turkse Ottomaanse wereldrijk. In WO I werden de Turken door de Geallieerden verslagen. Palestina kwam toen onder het mandaat van de Britten.
Puinhopen en distels
In de 16e, 17e, 18e en 19e eeuw waren er veel reizigers die het toenmalige Palestina bezochten. Al die reizigers waren unaniem in hun beschrijving. Het land was één grote puinhoop, overwoekerd door dorens en distels. Iemand noemde Judea een veld vol puinhopen. Palestina was ‘bijna leeg’ op wat kleine Joodse gemeenschappen na in Jeruzalem, Safad, Sichem, Hebron, Gaza, Haifa en nog wat plaatsen. Er woonden ook Arabische boeren De meeste van hen werkten op land van afwezige Turkse landheren. Omstreeks 1850 woonden er naar schatting 100.000 Arabieren in Palestina. Ook zwierven er wat groepen bedoeïen met hun kudden rond. Dit alles was duidelijk voorzegd door Israël’s profeten. (Jesaja 7:24, Leviticus 26:33 en Ezechiël 20:22).
Het ontstaan van de staat Israël
14 mei 1948
Om 12 uur in de nacht op 14 mei 1948 liep het Britse mandaat over Palestina af. Op dat historische moment riep David Ben-Goerion de staat Israël uit. De VS erkende Israël nog dezelfde dag. Engeland deed dat pas op 29 Januari 1949. Ons land erkende Israël nog veel later, als een van de laatste landen. Het Vatikaan ging pas in 1994 diplomatieke betrekkingen met Israël aan.
15 mei 1948
Op 15 mei 1948 vielen de legers van Jordanië, Syrië, Libanon, Egypte, Irak en Saoedi-Arabië Israël van alle kanten aan. De Onafhankelijkheidsoorlog was begonnen. Tegelijk moest Israël honderdduizenden Joodse vluchtelingen die uit omliggende Arabische landen verjaagd werden, opvangen. Dat waren een paar ‘persweeën’ van de geboorte van Israël. Aan die ‘geboorte’ zijn heel wat decennia vol ‘weeën’, (maar ook wel’s) voorafgegaan. Een geschiedenis waarin de machtige hand van de God van Israël herkenbaar is en die de 14e mei 1948 een profetisch hoogtepunt had. ‘Daarna zal Ik wederkeren en de vervallen hut van David weer opbouwen en wat daarvan is ingestort, zal Ik weer opbouwen en Ik zal haar weer oprichten’. (Handelingen 15:16) De wereld was en is nog steeds getuige van het feit dat de HERE, de God van Israël toen een begin maakte met het herstel van de ‘vervallen hut van David’. Een feit dat ondanks de pogingen van Iran, Palestijnse terroristen en andere Arabische landen Israël van de kaart te vegen, onomkeerbaar zal blijken te zijn.
Bijbeltekst toevoegen
Terug
Versie december 2009