hoofdmenu | Zoek op Categorie | Zoek op Trefwoord | Nieuw | Zoeken | Bijbel

 

Bekijken Bijbelteksten

Trefwoord 
Wijzigen
Biechten (Bijbelteksten uitwerken)

Categorie
Verschillen in bijbeluitleg

Toelichting
Opbiechten van zonden aan een priester
Het concept van het opbiechten van zonden aan een priester wordt nergens in de Schrift onderwezen. Ten eerste leert het Nieuwe Testament ons dat er onder het Nieuwe Verbond geen priesters zijn. In plaats daarvan leert het Nieuwe Testament ons dat alle gelovigen priesters zijn. 1 Petrus 2:5-9 beschrijft gelovigen als een 'heilig priesterschap' en een 'koninklijk priesterschap'. Openbaring 1:6 en 5:10 beschrijven gelovigen als een 'koninklijk geslacht van priesters'.

In het Oude Verbond moesten de trouwhartigen God via de priesters benaderen. De priesters waren middelaars tussen het volk en God. De priesters gaven namens de mensen offergaven aan God. Dit is niet meer nodig. Vanwege de offergave van Jezus kunnen we nu God's troon zelf vrijmoedig benaderen (Hebreeën 4:16). Toen Jezus stierf scheurde het voorhangsel in de tempel in tweeën: een symbool voor de vernietiging van de afscheiding tussen God en de mensheid. We kunnen God nu zelf rechtstreeks benaderen zonder van een menselijk middelaar gebruik te hoeven maken. Waarom? Omdat Jezus Christus onze grote Hogepriester is (Hebreeën 4:14-15; 10:21), de enige middelaar tussen ons en God (1 Timoteüs 2:5). Het Nieuwe Testament leert ons dat er oudsten (leiders of opzieners, 1 Timoteüs 3), diaken (1 Timoteüs 3), bisschoppen (Titus 1:6-9) en pastors (Efeziërs 4:11) horen te zijn,  maar geen priesters.

Biechten in de RK-kerk
Over het bekennen van zonde wordt gelovigen in 1 Johannes 1:9 verteld dat zij hun zonden aan God moeten opbiechten. God is trouwhartig en rechtvaardig en vergeeft onze zonden wanneer we deze aan Hem opbiechten. Jakobus 5:16 heeft het over het bekennen van onze overtredingen aan elkaar, maar dit is niet hetzelfde als het opbiechten van zonden aan een priester zoals de Rooms-Katholieke Kerk dit onderwijst. Priesters/ kerkleiders worden in de context van Jakobus 5:16 niet genoemd. Bovendien legt Jakobus 5:16 geen verband tussen de vergeving van zonden en het bekennen van zonden aan elkaar.

De Rooms-Katholieke Kerk baseert haar gebruik van het biechten aan een priester vooral op de Katholieke traditie. Katholieken wijzen op Johannes 20:23: Als jullie iemand zijn zonden vergeven, dan zijn ze ook vergeven; als jullie ze niet vergeven, dan blijven ze behouden”. Katholieken beweren dat God in dit vers de apostelen het gezag gaf om zonden te vergeven en dit gezag zou vervolgens aan de opvolgers van de apostelen zijn doorgegeven, dat wil zeggen de bisschoppen en de priesters van de Rooms-Katholieke Kerk. Maar deze interpretatie kent verschillende problemen:
- Johannes 20:23 noemt nergens dat zonden opgebiecht worden.
- Johannes 20:23 belooft nergens dat het gezag om zonden te vergeven aan de opvolgers van de apostelen zou worden overgedragen, en suggereert dit ook niet. De belofte van Jezus was specifiek tot de apostelen gericht.
- Het Nieuwe Testament stelt zelfs nergens dat de apostelen opvolgers zouden hebben aan wie hun apostolische autoriteit zou worden overgedragen.
Op eenzelfde manier gebruiken Katholieken Matteüs 16:19 en 18:18 (binden en ontbinden) als bewijs voor het gezag van de Katholieke Kerk om zonden te vergeven. De bovengenoemde drie argumenten kunnen ook op deze Schriftteksten worden toegepast.

Conclusie
Nogmaals, het concept dat zonden aan een priester zouden moeten worden opgebiecht wordt nergens in de Schrift onderwezen. We moeten onze zonden tegenover God bekennen (1 Johannes 1:9). Als gelovigen onder het Nieuwe Verbond hebben we geen middelaars tussen ons en God nodig. We kunnen dankzij de offergave die Jezus voor ons bracht zelf naar God toestappen. 1 Timoteüs 2:5: “Want er is maar één God, en maar één bemiddelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus.”

Bijbelteksten
1 Timotheus  2  : 5
Want er is maar één God, en maar één bemiddelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. (NBV-vertaling)


1 Timotheus  3

Hebreen  4  : 14  t/m 15
Daar wij nu een grote hogepriester hebben, die de hemelen is doorgegaan, Jezus, de Zoon van God, laten wij aan die belijdenis vasthouden. Want wij hebben geen hogepriester, die niet kan medevoelen met onze zwakheden, maar een, die in alle dingen op gelijke wijze (als wij) is verzocht geweest, doch zonder te zondigen.(NBG-vertaling)

Laten we vasthouden aan het geloof dat we belijden: we hebben een verheven hogepriester die de hemel is binnengegaan: Jezus, de Zoon van God. Onze hogepriester kan volledig meevoelen met onze zwakheden. Hij heeft alle beproevingen net zo ondergaan als wij. Alleen, gezondigd heeft hij niet. (Groot Nieuws Bijbel)

In het Oude Verbond moesten de trouwhartigen God via de priesters benaderen. De priesters waren middelaars tussen het volk en God. De priesters gaven namens de mensen offergaven aan God. Dit is niet meer nodig. Vanwege de offergave van Jezus kunnen we nu God's troon zelf vrijmoedig benaderen (Hebreeën 4:16). Toen Jezus stierf scheurde het voorhangsel in de tempel in tweeën: een symbool voor de vernietiging van de afscheiding tussen God en de mensheid. We kunnen God nu zelf rechtstreeks benaderen zonder van een menselijk middelaar gebruik te hoeven maken. Waarom? Omdat Jezus Christus onze grote Hogepriester is, de enige middelaar tussen ons en God.
Hebreen  4  : 16
Laten wij daarom met vrijmoedigheid toegaan tot de troon der genade, opdat wij barmhartigheid ontvangen en genade vinden om hulp te verkrijgen te gelegener tijd. (NBG-vertaling)

In het Oude Verbond moesten de trouwhartigen God via de priesters benaderen. De priesters waren middelaars tussen het volk en God. De priesters gaven namens de mensen offergaven aan God. Dit is niet meer nodig. Vanwege de offergave van Jezus kunnen we nu God's troon zelf vrijmoedig benaderen. Toen Jezus stierf scheurde het voorhangsel in de tempel in tweeën: een symbool voor de vernietiging van de afscheiding tussen God en de mensheid. We kunnen God nu zelf rechtstreeks benaderen zonder van een menselijk middelaar gebruik te hoeven maken. Waarom? Omdat Jezus Christus onze grote Hogepriester is, de enige middelaar tussen ons en God.
1 Petrus  2  : 5  t/m 9
Zo wordt gij ook zelven, als levende stenen, gebouwd tot een geestelijk huis, tot een heilig priesterdom, om geestelijke offeranden op te offeren, die Gode aangenaam zijn door Jezus Christus. Daarom is ook vervat in de Schrift: Ziet, Ik leg in Sion een uitersten Hoeksteen, Die uitverkoren en dierbaar is; en: Die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. U dan, die gelooft, is Hij dierbaar; maar den ongehoorzamen wordt gezegd: De Steen, Dien de bouwlieden verworpen hebben, Deze is geworden tot een hoofd des hoeks, en een steen des aanstoots, en een rots der ergernis; Dengenen namelijk, die zich aan het Woord stoten, ongehoorzaam zijnde, waartoe zij ook gezet zijn. Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht. (Statenvertaling)

U moet zelf de levende stenen zijn waarmee de geestelijke tempel wordt gebouwd. Vorm een heilig priesterschap dat geestelijke offers brengt die God aangenaam zijn door Jezus Christus. Daarom staat er in de Schrift: Ik leg in Sion een kostbare hoeksteen die ikzelf heb uitgekozen. Wie in Hem gelooft, wordt niet teleurgesteld! Voor u, die gelooft, is hij waardevol. Maar voor wie niet geloven geldt: De steen door de bouwers afgekeurd, is de hoeksteen geworden, een struikelblok, een steen waaraan men zich stoot. Ze struikelen door de boodschap niet te aanvaarden. Dat is hun lot. Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie, Gods eigen volk, gekozen om de heilsdaden te verkondigen van hem die u uit de duisternis geroepen heeft naar zijn wonderbaar licht. (Groot Nieuws Bijbel)

Het Nieuwe Testament leert ons dat alle gelovigen priesters zijn. Petrus beschrijft gelovigen als een 'heilig priesterschap' en een 'koninklijk priesterschap'.
Openbaring  1  : 6
En Hij heeft ons tot een koninkrijk, tot priesters voor zijn God en Vader gemaakt. (NBG-vertaling)

Hier worden gelovigen beschreven als een 'koninklijk geslacht van priesters'.
Openbaring  5  : 10
En Gij hebt ons onzen God gemaakt tot koningen en priesteren; en wij zullen als koningen heersen op de aarde.(Statenvertaling)

Hier worden gelovigen beschreven als een 'koninklijk geslacht van priesters'.

   Bijbeltekst toevoegen

 


  Terug


Versie december 2009